Profile
Blog
Photos
Videos
's Ochtends vroeg lopen we nog een klein stukje door de jungle, in de hoop een paar brulapen te zien. Tevergeefs. Na het ontbijt verlaten we Selva Negra en de bergen. Binnen een uur zijn we ongeveer een kilometer lager, terwijl de temperatuur tien graden is gestegen.
Vandaag komen weer alle kleuren groen en bruin langs, afgewisseld door vrolijk gekleurde dorpjes zoals Sébaco, waar tig fietsriksja's, tuktuks en versierde bussen kriskras door elkaar rijden. "Jehova es mi Pastor," staat er op de bus van León naar Managua. Dat mag zo zijn, en ik gun het de chauffeur van harte, maar dat is natuurlijk geen reden om de medemens van de weg te rijden.
Onderweg zien we overal de rood-zwart geverfde bushaltes van dik beton, de kleuren van Sandinistische partij FSLN, met in het wit "Daniel 2". Op grote billboards staat het hoofd van president Daniel Ortega, met de tekst "Cristiana, Socialista, Solidaria". Ik zie nergens reclame voor een andere politieke partij, hoewel Daniel vorige keer maar een derde van de stemmen heeft gekregen. Volgend jaar zijn er weer presidentsverkiezingen, benieuwd wat er dan gebeurt.
In Granada verblijven we in Hotel Con Corazon, dat is opgericht door Nederanders met als missie om gasten een goede overnachting te bezorgen en lokale kinderen goed onderwijs. Alle winst van het hotel gaat naar lokale projecten. Zo is er al meer dan 50 duizend euro geïnvesteerd in de toekomst van Nicaragua!
Granada is meer toeristisch dan León. Jonge Granadesen sloffen langs de terrasjes en verkopen zonnebrillen, leren riemen en kleine origami kunstwerkjes van stugge bladeren. Een oudere heer biedt gebrande cashewnoten aan. Een oude mevrouw bedelt, terwijl haar man in een rolstoel met een witte zakdoek voor zijn ogen zit te huilen. Magere honden kijken naar binnen bij de cafees. Midden in een winkel zitten een opa en zijn kleindochter op een stoel. Het meisje leert lezen en heeft een hagelwit schooluniform aan, net zo wit als de brede glimlach van haar opa. Bij het Meer van Nicaragua hangen vijf politiemannen in de schaduw van een hoge blauwe arrestatiewagen. Eén ligt op een politiemotor. We zeggen "buenas" en ik voeg daar iets aan toe als "enjoy your siësta". Ze lachen, voor zover de hitte dat toelaat. Een man draagt een grote rouwkrans inclusief wit lint en houten standaard op z'n rug, terwijl hij langs de Kathedraal fietst. Overal in de stad zien we poëtische beelden - soms vrolijk, soms droevig - die we nooit meer zullen vergeten.
We lunchen met Quesedillas bij The Garden Café, dat vol zit met oudere Noord-Amerikanen, die aan elkaar vertellen uit welke staat ze komen. In de kleine winkel bij het restaurant ligt een vertaalde bundel van Ruben Darío, de dichter van de voordracht in León. Mijn oog valt op een zin in het gedicht To Roosevelt: "You are The United States, future invader of our naive America with its Indian blood". Darío had niet kunnen bevroeden hoe snel zijn voorspelling zou uitkomen, want vijf jaar na het gedicht, geschreven in 1904, viel de US het land binnen, officieel om allemaal nobele redenen maar in werkelijkheid om te voorkomen dat er een concurrent zou komen van het Panama-kanaal. En nu lijkt dat Nicaragua-kanaal er tóch te komen, vlak bij Granada en met geld van de Chinezen. Als het doorgaat, mogen zij het kanaal honderd jaar exploiteren.
Na een lekkere duik in het zwembad van Hotel Con Corazon gaan we dineren bij El Zaguán (De Gang). Zoals veel huizen hier is het een vierkant bouwwerk met in het midden een binnenplaats, waar een paar kleine vijgenbomen staan. We delen heerlijke corvina filet met Grand Marnier saus en een stukkie gegrild vleesch met jalapeñosaus. Daarna flan met een kokosnoot. Geweldig!
Als we terugkomen bij het hotel is de voordeur al gesloten. Gelukkig is de bar nog open. We moeten nog wel even de auto op een veilige parkeerplaats neerzetten, aangezien we die beter niet voor de deur kunnen laten staan. "Is that a big problem or a small problem?" vraag ik de jongens van het hotel. "Medium problem," zeggen ze, en ze beelden uit hoe het raam wordt ingeslagen. We verplaatsen de auto. Als we uitstappen op de donkere parkeerplaats zien we een prachtige sterrenhemel. "Estrella!" roep ik enthousiast tegen de oude baas die ons heeft geholpen met inparkeren. Hij kijkt een beetje verbaasd naar die rare gringo.
- comments
richard kessels Dat dorpje heet Sébaco? Het lijkt wel redelijk uit te houden daar, gringo's