Profile
Blog
Photos
Videos
Het echte leven in Myanmar
Gisteren hebben we lekker een dagje gefietst. Vanuit Mandalay is het zo'n 11 km naar de langste teakbrug ( maar liefst 1.2 km) die hier is in Amarapura.Na een klein uurtje fietsen, met de vele stops onderweg om overal naar binnen te gluren en contact met de lokale bevolking te hebben, arriveren we bij, werkelijk waar, een plaatje van een brug. Het is er een aangename rustige sfeer en we zitten eerst lekker wat aan het water. Vervolgens wandelen we de brug over en zien overal in de verte stupa's in het landschap omhoog steken. We kijken wat rond in het dorp aan de andere kant van de rivier. Weer leuke taferelen die blijven verrassen. Eenmaal weer terug aan de andere kant van de brug pakken we onze fietsen en gaan langzaam op weg terug richting Mandalay. We stappen onderweg nog naar binnen bij een weverij waar de longhi's gemaakt worden. Het is er een herrie van jewelste van de draaiende diesel en de ratelende weefgetouwen. Nog veel arbeidskracht wordt hier verricht maar de machines zijn alweer wat moderner dan die we in Tansen in Nepal hebben gezien waar het garenschip nog handmatig heen en weer werd bewogen. Hier gaat dat al machinaal. De ruimte zelf is er eentje die ons meteen aan Ossfloor doet denken, alles zit onder de garens.
Na een fietsrit tussen alle drukke verkeer door, passeren we nog een grote stupa net buiten de stad en brengen nog even een bezoek. Altijd weer fijne plekken bij zo'n immense Boeddha waar wij ondanks de vele mensen de stilte immer voelen. Omdat we toevallig via de achterkant zijn binnengekomen, hebben we de overheidsentreegelden dit keer niet betaald, en da's het beste dat je hier kunt doen.
Moe en voldaan brengen we de fietsjes terug, tegenover ons guesthouse, en duiken ons bed maar eens vroeg in. Morgen gaan we op pad naar wat plaatsen buiten Mandalay.
Op onze aankomstdag in Mandalay ontmoetten we Thura, een voormalige monnik die nog steeds bij de monniken woont, maar zelf niet meer praktiserend monnik is. Na de demonstraties in 2007, waarbij hij werd gearresteerd en vastgezet in de cel besloot hij terug te keren naar het "gewone" leven. De belangrijkste reden hiervoor was dat hij veel contact met toeristen heeft en dat als monnik voor hem een probleem was na zijn arrestatie. "Big brother is watching you".
Zijn levensverhaal is er niet zomaar eentje. Toen hij een maand of tien was werd zijn vader gedood door een beet van een cobra. Nog geen twee jaar later, werd zijn moeder erg ziek en overleed. Een goede vriend van zijn vader ontfermde zich over Thura en voedde hem op tot hij 7 jaar was. Zijn "oom"zoals Thura hem noemt, leek het een goed moment voor Thura om monnik te worden en bracht hem naar een klooster niet ver van Mandalay. In de jaren daarna werd Thura monnik en reisde door het land om in verschillende kloosters te wonen. Uiteindelijk keerde hij terug naar het allereerste klooster waar ook zijn meester nog steeds woont. Omdat Thura verder geen familie heeft, beschouwt hij de monniken in het klooster als zijn familie en zij hem ook. Na de demonstratie in 2007 bleef Thura daarom in het klooster wonen en ging zich bezig houden met de arme mensen in de omgeving van Mandalay, hoofdzakelijk in Sagain, niet ver van Mandalay vandaan. Zo heeft hij een aantal leerlingen die uit Sagain die niet naar school kunnen en die hij les geeft. Al meerdere malen heeft hij de lokale overheid om steun gevraagd voor deze studenten maar nul op het request is wat hij tot nu toe heeft gekregen. Naast de leerlingen is hij verder zeer nauw betrokken bij een weeshuis en ook daarvoor vraagt hij steun bij de lokale overheid en het antwoord is steeds weer negatief. Je zou denken dat hij hierdoor in de problemen zou kunnen komen maar omdat hij zich niet bemoeit met de landspolitiek maar met de lokale steun aan de bevolking heeft hij meer bewegingsruimte. Geheel ongevaarlijk is het natuurlijk ook niet, zeker vanwege het feit dat hij veel contact met toeristen heeft, wordt hij in de gaten gehouden.
We ontmoetten Thura als we aankomen in Mandalay op het busstation en hij reist met ons naar het guesthouse. Onderweg raken we met hem in gesprek en ons gevoel zegt ons meteen dat we graag meer tijd met hem willen doorbrengen. Vandaag neemt hij ons mee naar Saigan om eerst een tempel op een berg te gaan zien en daarna een bezoek te brengen aan een dorp waar een aantal van zijn leerlingen wonen. De weg naar de tempel is op zich al leuk, we reizen met de lokale pick-up naar Saigan, nemen een paardenkar om een stuk de berg op te gaan en vervolgen onze weg te voet. Halverwege maken we een stop bij een bevriende non van Thura. Haar huis is prachtig, een teakhouten grote woning op palen op een rustige plek. Er lopen meerdere jonge nonnen rond en de sfeer is aangenaam. De non spreekt geen Engels maar met Thura als tolk hebben we een interessant gesprek in haar huis. Er wordt een kleed op de grond gelegd en al snel verschijnt de thee en wat lekkernijen. Wij zijn geinteresseerd in haar leven en zij in dat van ons. Als we willen kunnen we de hele dag hier blijven kletsen maar onze weg vervolgt per benenwagen na een krap uurtje. We bedanken de non en gaan op weg naar de top van de berg. De weg die we volgen heeft Thura speciaal gekozen omdat we op deze manier de entreegelden van de overheid weer ontlopen. Na een fikse klim staan we boven en het uitzicht is magnifiek. Waar je ook kijkt, overal zijn stupa's te zien, en dan te weten dat er voor de 2e wereldoorlog nog veel meer stonden. Helaas werden er velen vernield.
Onderweg hebben we interessante gesprekken met Thura over zijn land. Zo vertelt hij ons dat hij graag wat zou lezen over de Dalai Lama maar dat dat verboden is. Opsturen van een boek heeft totaal geen zin, want bij ontvangst op het postkantoor moeten alle artikelen geopend worden en boeken van de Dalai lama worden direct in beslag genomen (en waarschijnlijk een aantekening voor de ontvanger). De enige manier is binnensmokkelen via toeristen, dus zodra we terug zijn in Bangkok hopen we iemand te vinden die naar hier gaat komen en geven wat boeken mee voor Thura. Rugzakken worden niet gecheckt op het vliegveld dus goede kans dat ze Thura dan bereiken.
Over corruptie gesproken, goede banen worden hier gewoon gekocht, alles gebeurd hier onder de tafel en met dollars en Kyats. Zo vertelt hij ook over de vroegere verplichting dat toeristen bij binnenkomst 200 dollar moesten wisselen. Als je de beambte wat dollars toestak was wisselen niet nodig, dus zo verdiende hij al snel veel geld. Om zo'n baan als beambte te kunnen hebben, moest alleen eerst flink betaald worden aan de machthebbers. Afhankelijk wat de beambte vooraf had betaald, moest hij achteraf ook nog een deel van het geld afdragen.
Dan nog wat info over de guesthouses. In lokale guesthouses, over het algemeen met een Birmese eigenaar, kunnen wij als toeristen niet slapen. De prijs voor een kamer zou misschien krap rond de drie dollar liggen voor lokalen, maar zodra een toerist er slaapt moet er een flinke smak worden afgedragen aan de overheid. Om toeristen in je guesthouse te ontvangen moeten vooraf afspraken met de overheid worden gemaakt over de afdracht van de opbrengsten. Opvallend is dat de meeste toeristenguesthouses worden gerund door van oorsprong Indiase of Chinese families, die zich hebben ingekocht bij de overheid. Dit zijn rijke families die op hun vrije dag gewoon een potje gaan golfen en ineens voelt ons verblijf in het royal guesthouse een beetje anders, want blijkbaar spekt iedere toerist door te verblijven in een guesthouse dus toch de overheid.
Eigenlijk kun je hier geen business starten zonder steekpenningen te betalen, al is het de kleinste shop, zonder "geschenken" aan de machthebbers ben je hier nergens. Tot een hele tijd terug probeerde de machthebbers hun Myanmar "dicht" te houden, dat wil zeggen geen pottekijkers maar vooral geen contact voor de Birmezen buiten hun eigen land. Met een grote glimlach op zijn gezicht vertelt Thura dat dat toch echt verleden tijd is en dat de overheid het niet meer in de hand heeft met de snelle ontwikkeling van alle technologiën. Iets dat wij inderdaad al hadden opgemerkt in de volle internetcafe's in Yangoon en Mandalay. Ook met de demonstraties in 2007 was het nieuws zo snel rond in het land dat men op de hoogte was van alle ontwikkelingen. Het primitieve post versturen is ook hier in Myanmar zijn tijd allang voorbij. Vele jonge Birmezen proberen op de één of andere manier toch in het buitenland te geraken, voor studie of wat dan ook. Niet alleen studenten ontvluchten hun land, ook vele monniken voelen zich gevangen in hun eigen land en nemen het risico om te vluchten, veelal naar Thailand. Op onze eerdere reis in 2005 bezochten we Maesot in Thailand, een grensovergang met Birma en zagen daar de keerzijde van de "vluchtmedaille". Strenge controles van de Thaise overheid die niet zitten te wachten op alle vluchtelingen van het buurland Birma. Deze vluchtelingen worden weggestopt in immense vluchtelingenkampen en terugkeren naar Birma is levensgevaarlijk, want daar wacht hoogstwaarschijnlijk een strenge straf. De verhalen die we destijds gezien ( middels schilderijen ) en gelezen hebben geven een verre van rooskleurig beeld van de vluchtelingen uit Birma. Maar ja, welke keus maakt het minst ongelukkig zou je bijna gaan bedenken ?
Ineens schiet nu door mijn hoofd een onderwerp dat wij bepraatten met Herman en Jeanne, een Nederlands stel een dikke week geleden in Bangkok. Zij helpen zeer intensief al jarenlang vluchtelingen uit verschillende landen die in hun dorp wonen. In verschillende voorbeelden zorgde de bureaucratie van Nederland voor pijnlijke situaties. Zo werd een Afghaanse vader na zo'n 8 jaar uiteindelijk herenigd met zijn vrouw en dochter. De laatste was inmiddels gegroeid van een jong meisje tot een puber. Het hele proces duurde een eeuwigheid en nadat alle zaken waren geregeld, de IND had inmiddels een flink dossier, werd goedkeuring gegeven voor een hereniging. We konden ons iets voorstellen bij de ontvangst op Schiphol en de hereniging, hartverscheurend en bijzonder. Als er dan op een gemeentehuis na alles wat je als vluchteling hebt doorgemaakt ook nog wordt getwijfeld aan je vaderschap ( terwijl alle instanties alles al hebben gecheckt ) kun je als vader wel door de grond zakken. Vluchten uit je vaderland is niet iets wat je zomaar tijdens een kopje koffie besluit, daar gaat heel wat aan vooraf. Nu we hier in Birma zijn beseffen we des te harder hoe hard het aankomt voor vluchtelingen om je niet welkom te voelen in een nieuw land. Gelukkig zijn er overal ter wereld mensen als Herman en Jeanne die ervoor zorgen dat je je wel welkom voelt. Natuurlijk is het zo dat er regels dienen te zijn voor dit soort situaties, maar er zijn grenzen ( mooie woordspeling toch?)
De Birmezen zijn ondanks hun situatie één groot warm welkombad voor ons als buitenlanders. Anders dan in India waar je een wandelende portemonnee bent, willen de mensen hier vooral met ons praten en tijd doorbrengen. Ze willen weten hoe het leven bij ons is en discussieren over van alles. Natuurlijk moet er brood op de plank maar wij voelen ons als ere gasten. De vrijheid die wij hebben in Nederland is zo'n groot goed, dat is iets dat we ons niet altijd realiseren wellicht, maar een tijdje rondtrekken in Birma zet je weer met beide benen op de grond. Wát een vóórrecht !!
Terug naar onze dag met Thura. Na de berg met de tempel gaan we met een lokale pick-up richting wat kleine dorpen waar zijn leerlingen vandaan komen. Hier zien we het echte leven van de Birmezen. Houten huizen op palen, bedekt met blad , beesten die eronder leven en geen luxe in dit gedeelte van Birma. Op onze weg hiernaartoe passeren we een gedeelte van het dorp waar rijkere families wonen, die werken voor de overheid. Grote huizen met een heus hekwerk of betonnen muur eromheen, soms zelfs een auto voor de deur. Het contrast is immens. In het dorp waar we zijn wordt hoofdzakelijk geld verdiend met het produceren van klei potten. Volledig handen- en voetenwerk. Het mengen van de klei wordt met de voeten gedaan en een oudere vrouw van 73, met flinke spierballen en vooral hypergespierde kuiten staat ze deze klus te doen onder een afdakje in de schaduw. Tussendoor drinkt ze wat water maar de energie van deze vrouw is indrukwekkend. De dochters en kleindochters zijn bezig met het draaien van de potten en het afwerken ervan. Vervolgens droogt alles twee dagen in de volle zon en worden ze aansluitend gebakken. De potten worden door vele mensen gebruikt als watervoorraadbak en staat op een donkere plek in hun hutten. Het water blijft enorm koel in deze potten en als Thura het ons toont en laat voelen, blijkt het effect bijna hetzelfde te zijn als een koelkast. We lopen verder en bezoeken een andere familie. Oma zit met een dikke sigaar in haar mond en de rode tanden van het kauwen van betel, lacht ze bloot als ze ons ziet aankomen. Binnen een mum van tijd staan er een stuk of vijftien vrouwen en meisjes om ons heen. We gaan zitten en kletsen wat, Thura vertaalt onze vragen. De dames lachen om mijn blanke huid en ze vinden het mooi ( la ree ). Alle vrouwen hebben Thanaka op hun gezicht en binnen de kortste keren komt de boombast te voorschijn en de wrijfsteen en wordt ik ook mooigemaakt. Eén van de jonge meisjes heeft dolle pret en haalt snel een spiegel tevoorschijn zodat ik zelf ook kan zien wat ze van mijn gezicht maken. Mark knipt snel een paar foto's, maar veel tijd heeft hij niet want één van de vrouwen haalt een longhi tevoorschijn. Nu moet ik ook nog in traditionele kleding. Met veel plezier laat ik alles over me heen komen en de dames kleden me vakkundig uit en aan zonder dat iemand een stukje bloot ziet. In koor roept de hele groep "LA REE" en als ik mooi zeg, beginnen ze allemaal "MOOI" te zeggen. Ik krijg nog een paraplu in mijn handen geduwd en nu zie ik er toch echt wel uit als een birmese vrouw. De warmte in dit gezin is geweldig en de brede lach van oma, moeders en dochters zal ik niet gauw vergeten. Nadat ik mijn vissersbroek weer aan heb en de longhi weer veilig is opgeborgen, bedenk ik dat ik mijn familieboekje in mijn tas heb. Nu ik hun familie heb leren kennen, zal ik mijn eigen familie ook eens laten zien. De aandacht is er volop want zulke blonde kids hebben ze nog nooit gezien. Als ik de foto van ons mam laat zien, begint de hele meute te roepen, "natuurlijk" zou ik bijna zeggen, ik lijk er heel erg op. Als het boekje is doorgebladerd wordt het tijd om weer eens op te stappen. We gaan nog naar een familie die bakstenen maakt, alles met de hand in de volle zon. Wat een werk mensen. En dan te weten dat de bakstenen gebruikt worden door de rijke families, gelukkig wordt er ook geld verdiend. We vertrekken weer, het is inmiddels een uur of vier 's-middags en wij zijn, na alleen een ontbijtje te hebben genuttigd, langzaam wel toe aan wat eten. Thura heeft hetzelfde idee en als afsluiting gaan we eten in een lokaal tentje. We praten nog wat na met hem over van alles en nog wat en als dank voor de dag doneren wat geld voor het weeshuis. Geld overmaken naar een bankrekening is er in dit land niet bij, want de kans dat het geld bij de juiste persoon komt is erg klein. Hoe het precies werkt weten we niet maar in ieder geval niet zoals bij ons.
Thura had ons graag zijn klooster laten zien maar vandaag zijn de leerlingen vrij en bezochten we dus hun dorp. Hij heeft wel in de gaten dat we het klooster graag hadden gezien, dus schrijft hij een brief voor ons, zodat we in Bagan een bezoek kunnen brengen bij een goede vriend en leraar van Thura. "Please give them room, they want to learn about the monklive and meditation" staat er oa op de brief. Grote kans dat wij eens lekker een paar dagen daar gaan doorbrengen en de rust van het monnikenleven gaan opzoeken. We bedanken Thura voor deze speciale dag, we hebben hem lang niet alles kunnen vragen wat we van hem wilde weten maar wat we vandaag gezien en gehoord hebben was een enorme eye-opener. Het echte leven van Birma is voor ons nu echt gaan leven.
Thura gaat terug naar zijn klooster en wij worden met zijn tweetjes achterop de brommer naar een plekje gebracht waar we de lokale pick-up terug naar Mandalay kunnen pakken. De pick-up is redelijk vol maar op het dak is nog plek genoeg. De rit terug is het toetje van deze dag en het is al donker als we Mandalay bereiken. Als afsluiting drinken we een biertje op een terrasje in de stad en duiken daarna moe maar voldaan ons bed in.
- comments