Profile
Blog
Photos
Videos
Na precies een maand vol peruaanse avonturen, hostels, nieuwe vrienden, ervaringen, steden en natuur. Was het dan toch echt tijd om de buze te pakken en peru te verlaten. En zo stapte we 5 juni om 21.00 samen met een braziliaanse vriend, wederom in een daihatsu tico sx (kleinste taxi ter wereld). En dit keer was het niet alleen de kleinste maar ook de brakste van peru, maar ondanks de doorgezakte achterveer, asfaltschrapende uitlaat en lekke band wist de chauffeur er een feestje van te maken. Onder het genot van de beste braziliaanse cd en wat fijne dansmooves van onze chauffeur bereikten we veilig het bus station. Hier namen we afscheid van onze braziliaan en stapte op de bus naar Puno. Aangezien deze bus waarschijnlijk de laatste luxe bus zou zijn namen we het er flink van, door nog eens lekker te gaan ligge maffen. Toen we om 03.30 stopte dachten we al in Puno te zijn, en net voordat we de bagage uit het ruim hadden gevist was er gelukkig een attente peruaan vroeg of we niet naar Puno moesten..... Ja zeker meneer dit is toch Puno ?! .... Maar niet dus!, waren we toch bijna ergens in peru gedropt en onze overstap gemist. Maar zoals altijd komt alles goed en sprongen wij weer in ons bedje. En een uurtje later arriveerde we dan in Puno, hier moesten we nog drie uur wachten op een verlaten ghetto busstation, maar ja, na cuba te hebben overleefd en een aantal bus reizen van 20 of meer uur waren die drie uurtjes zo voorbij. En zo stapte we om 7.30 in de bus die ons de grens zou overbrengen, onze eerste landgrens waar we veel spannende verhalen over corruprtie en oplichting hadden gehoord. Maar eenmaal op de grens was het een lachertje. We moesten ons eerst melden bij de peruaanse politie, die keek even in het systeem of we niet gezocht werden of iets op ons geweten hadden. Maar aangezien wij relatief braaf waren geweest kregen we netjes een 'negativo' op ons immigratie papier. Na de politie moesten we de peruaanse immigratiediens nog gedag zeggen. Deze meneer nam ons immigratie formulier in en voorzag ons paspoort van een uitcheck stempel. Nu waren we klaar om bolivia binnen te wandelen, en zo ging het ook een paar honenderd meter lopen, langs een welkom in bolivia bord en de snickers waren nog maar€0,90 ipv €2,10 zoals driehonderd meter terug!. In Bolivia moesten we ons even bij de immigratiediens melden, en aangzien we nog niet veel gekke stempels hadden kregen we zonder gezeur een stempel. Onze bagage werd niet eens gecheckt, meer als een onbemande politie wagen was er ook dan ook niet, dus eigenlijk was de grens een beetje een tegenvaller en hadden we best een pakketje coke kunnen meenemen om wat extra ruimte in ons budget te creeren!. Maar we waren in bolivia!, het land waar alles kan, waar alles mooi en goed is!. Maar ook alles hoog is, en dus vrij aan de koude kant, de zon doet hier uiteraard zijn best maar zodra de zon verdwijnt hangen de ijspegels je aan de neus. Gelukkig zijn de bedden in ons hostel voorzien van twee extra wolledekens, cker niet voor de sier. Want we zijn dus in copacabana dat is het stadje aan de boluviaanse kant van het titicaca meer, het grootste hoog gelegen meer ter wereld, het hele meer ligt namelijk op 3800m. Wat eigenlijk nog vrij laag is voor boliviaans begrip, 80% van bolivia ligt namelijk hoger dan 4000m. Maar goed een meer ter grote van de noordzee ligt op 3800m toch best iets wat hoog!.En dit meer is voorzien van een aantal kekke eilandjes. En zo kwam het dat we de volgende ochtend op het dak van een touristenbootje plaats namen om naar het eiland van de zon te gaan (isla del sol). Dit eiland ligt op twee uur varen van het vaste land, en het mooiste is dat je dus heen en terug vier uur op een bootje zit en daar maar B$ 25,- voor betaald(€2,5). Maar aangezien de boot maximaal werd beladen konden we niet meer van het dak af om naar binnen te gaan. Dus de mensen die boven zaten vroren lettelijk dood, aangezien de temperaturen op het water incl de wind erg onaangenaam werden, deste langer je stil moest zitten. Maar ook dit avontuur wisten we weer te overleven en kwamen we levend aan op het eiland van de zon! Hier gingen we een drie uur durende wandeling maken van noord naar zuid, een wandeling over mooie bergjes en kekke uitzichtjes over verschillende baaien. De locals waren echter zo slim geweest om op verschilllende plekken op de route een huisje te bouwen en tol te gaan heffen op de populaire wandel route. Dus waren we weer dertig roepies lichter toen we in zuid aankwamen. Hier lag de boot weer op ons te wachten die ons weer netjes terug bracht naar copacabana. Eenmaal terug moesten we weer een restaurantje vinden om wederom een lekker zalmforelletje te gaan eten, aangezien ze die hier zo opvissen en klaar maken, dit lekkere visje kost dan ook maar 20-30 roepie, twee tot drie euro!. En zo blijkt het leven hier redelijk goedkoop te zijn, als je een beetje oplet kom je rond voor €10,- per dag. Maar dat mag ook wel aangezien mijn budget eigenlijk al zo dusdanig beschadigd is, dat het zelfs met zes weken bolivia onmogelijk lijkt in Rio aan te komen. Maar eerst moesten we maar eens uit copacabana proberen te komen, aangzien we toch aardig krap zaten met onze gewisselde nood-dollars, en in copacabana geen mogelijkheid is om geld te pinnen. Maar met een beetje budgeteren en afdingen van de bustickets lukte het ons wederom om deze situatie te overleven. En stappen wij 8 juni op de bus naar la paz, opzoek naar werk!. En om 9 juni uiteraard de wedstrijd nederland denemarken in een nederlands cafe te kunnen kijken, onder het genot van een bitterbal met mayo! Jaja dat kan hier gewoon! Lang leven bolivia!
- comments
Elizabeth patterson Klinkt allemaal weer heeeeeeeel goed!!!!!! Interessant dat je gewoon de voetbal in een Nederlands cafe kunt kijken met bitterballen! Zo ver weg maar toch dichtbij. Groet, Liesbeth.
Nelleke Filippo Vind het elke keer weer leuk om jullie verre avonturen te lezen! Dank voor de verhalen, groeten, Nelleke