Profile
Blog
Photos
Videos
Dag 4
eigenlijk schrijf ik dit op dag 5, de vrijdag, terwijl ik mij met moeite kan herinneren wat ik gisteren op dag 4 heb gedaan. Ik was gisteravond vooral bezig met twijfelen of ik wel of niet naar Yosemite zou gaan. Verschillende weersites gaven sneeuwval op en nachtelijke temperaturen onder nul. Bovendien lieten de fotos op de facebook pagina van Yosemite niets aan het toeval over. Het was er grijs en wit.
Uiteindelijk besloot ik mijn reservering te annuleren, waarbij ik de helft van de zestig betaalde dollars kwijtraakte. In de camperhandleiding staan duidelijke waarschuwingen over winterse toestand en temperaturen onder 30 graden fahrenheit ofwel 0 graad Celsius. Het water in de tanks en in de leidingen kan bevriezen, het propaangas waarmee de kachel wordt opgewarmd kan minder vloeibaar worden waardoor het niet meer verbrandt. Bovendien kan zo'n camper alle kanten op glijden in de sneeuw en sneeuwkettingen zijn alles behalve aanbevolen. Dikgedrukt staat er nog eens duidelijk dat alle schade door koude voor mijn rekening zal zijn. Ineens zie ik die verloren dertig dollar als een nuttige verzekeringsbijdrage.
Een nieuwe bestemming was gewenst en dus dook ik weer tot laat in de campinggids. Op een gegeven moment ontving ik berichtjes van de ouders met kinderen uit Nederland die net begonnen te ontwaken. Een teken dat ik maar moest gaan slapen.
Dat slapen gaat eigenlijk best goed. Boven de bestuurders- en passagiersstoel is een kleine ruimte waar ik slaap. Het is een beetje als in een tent, maar dan met een hard plafond. En dat doet soms zeer.
Zodra ik ga liggen ben ik vertrokken en word erg vroeg wakker. Vroeger dan de vogeltjes, maar niet vroeger dan de Amerikanen. Die zijn al druk bezig met praten en met het warm draaien van hun motors. En als je dan je slaperige hoofd uit de camper steekt zeggen ze vriendelijk goedemorgen. Want vriendelijk zijn ze wel. Of je nu bij een tankstation staat te tanken, of in de supermarkt wilt afrekenen overal beginnen ze een praatje met je.
'Hey, what's new?'
'Well, i'm new!'
'O, where you from?'
'Europe, the netherlands'
En eindelijk was er iemand die ons landje kende.
'my daughter works in the hague, but she's coming back soon'
Vervolgens stopte hij mijn boodschappen in een papieren zak en dat was dat. Dat vind ik wel fijn, van die korte gesprekjes en wegwezen.
De Amerikanen zijn ook erg behulpzaam. Volgens mij kun je ze alles vragen en er wordt altijd op gereageerd. Alleen maar briefgeld voor de douche? Ze komen met een hele zak muntjes op de proppen, de weg kwijt? Rij maar achter me aan.
Ik vind het nog steeds wonderbaarlijk dat ze niet een goed sociaal systeem kunnen opzetten, maar tegelijkertijd zal een gemiddelde Amerikaan huiveren bij het idee van een uitkering. Op elke toonbank staan potjes voor fooi, want zonder dat extraatje is het loon wel erg karig. En daarbij doen de amerikanen ook graag aan liefdadigheid al dan niet ingegeven door de hoop in een goed boekje bij de Heer te komen. Schrijnend was wel dat het liefdadigheidspotje dat ten goede zou komen aan de armen welke ik op de toonbank van de supermarkt zag staan, gevuld was met 1 en 2 centjes. Het soort muntgeld dat je in de Trevifontein gooit.
Dag 5
Dat is dus echt vandaag, de vrijdag. Na het besluit niet naar Yosemite te gaan, ben ik beland op een camping aan het Millerton lake net onder Sierra nevada national forest. Vanaf de ingang van de camping tot aan mijn standplaats moet ik een kwartier rijden. Enorm dus. Deze camping is een mooie uitvalsbasis om alsnog een dag naar Yosemite te gaan. De ranger hier wist met te vertellen dat de wegen daar sneeuwvrij zijn. Dat zal morgen zijn. Vandaag heb ik al een flink stuk door de bossen gereden. Het is wonderbaarlijk hoe het landschap kan veranderen. Zo rijd je door velden vol sinaasappelbomen die een zoetzure geur verspreiden, dan weer zie je niets dan groene glooiende heuvels waar zwarte runderen staan te grazen en vervolgens rijd je een alpine achtig gebied in waar de sneeuw nog langs de kant van de weg ligt. De enige vaste waarde in dit schakelende landschap zijn de verkiezingsborden. Waarschijnlijk verkiezingen op zeer lokaal niveau. Zo is er een bord met het portret van 'chief' Jay Varney, 'FBI trained, Texas experienced' , waarbij de J van Jay gevormd wordt door een pistool dat met de loop omhoog wijst. Een ander bord toont Dennis Fairbanks. Hij wil gekozen worden tot Sheriff-Coroner. Nooit geweten dat de sheriff nog een hulpje had die de lijken voor hem bekeek. Typische Amerikaan deze mister Fairbanks. Stoffen colbertjasje met leer afgezet, stropdas en een texashat. 'A leader you can trust', zo staat er in de hoek.
'Noll for sheriff' is ook een fijne: 'tough on justice'.
Het lijkt erop dat Fairbanks en Varney er met de posities vandoor gaan, want zij hebben veruit de meeste borden en dus het meeste geld en support.
Het plaatsje Oakhurst waar ik even stop voor boodschappen is lekker karakteristiek. De helft vreetschuren, maar ook een schoonheidssalon, een hondenwasservice en een kredietwinkel waar je 'tot 300 dollar kunt lenen tot je salaris gestort wordt'. De bioscoop had verschillende films op het programma waaronder de kaskraker 'God's not dead'. Ook de andere films waren mij geheel vreemd.
Omdat ik wat trek begon te krijgen en het met een goede maaltijd niet al te nauw nam(de burger met frietjes van een dag eerder daargelaten) besloot ik een Mexicaans tentje in te gaan. Overweldigd door het aanbod, de niet direct tot voedsel herlijdbare termen en de aanwezigheid van -eindelijk eens- een mooie dame, koos ik een willekeurige Burrito waar ik zo snel geen vleeswaren in kon ontdekken. De mexicaan pakte een piepschuimen bakje, bekleedde de binnenkant met de burrito, gooide er wat ondefinieerbare saus overheen, greep een knuistvol kaas uit een bakje en zette het geheel in de magnetron. Het leuke meisje was ondertussen al vijf minuten bezig om staand op een ladder met plakcijfers de prijs van een produkt aan te passen.
Het lauwwarme bakje nam ik mee naar de camper waar ik een paar happen naar binnen werkte. Het smaakte eigenlijk niet vies, maar het was zo'n drap dat ik het niet wegkreeg. De stukken vlees die ik kon onderscheiden at ik op en wat overbleef ging de prullenbak in.
Later, terug op de camping las ik in het informatieboekje het een en ander over de ligging, de flora en fauna. Tot mijn verbazing zag ik dat in het gebied coyotes, ratelslangen en zelfs ' mountain lions' voorkomen en dat de 'bald eagle' hier het meest gezien wordt in de winter. Andere adelaars (golden eagle) zag ik in groepen zweven boven de camping. Tegen zonsondergang vlogen ze pal over m'n camper heen.
Een kleine wandelroute leidt over het campingterrein en ook daar stond weer de waarschuwing vanwege de 'mountain lion'. Dit dier wordt eigenlijk zelden gezien, maar in zeer zeldame gevallen willen ze weleens mensen lastig vallen. Ik vond er geen een, maar op de terugweg naar mijn camper zag ik wel een klein dier op een twintigtal meters afstand boven het gras uitsteken. Op mijn enthousiaste greep naar de verrekijker dook het dier omlaag waarna alleen de oren nog zichtbaar waren. Het dier leek in de vluchtigheid het meest op een hond en ook de oren die nu alleen nog zichtbaar waren pasten daar het best bij. Ik gok dat het een coyote was, op zo'n tweehonderd meter van mijn camper. Fijne plek dit. Alleen jammer dat de Amerikanen naast mij een tikkie tipsie worden.
Dag 6
Om zes uur opgestaan en om kwart voor zeven op de weg. Vandaag staat Yosemite op het programma!
Ik rijd de camping af, slinger de weg op en zie bijna niets. De heuvels zijn omringd door een dikke mist. Ik kan denk ik net zo'n 20 meter vooruit zien. Links van mij vaagjes het zwarte silhouet van een koe, rechts de contouren van een hek. Af en toe doemen flauwtjes de lichten op van auto's die uit tegengestelde richting mij tegemoet komen. Doordat ik mijn lampen aan heb worden de lichtjes op mijn dashboard goed zichtbaar. Er brandt een lampje dat aangeeft dat de bandenspanning niet goed is. Dat komt, zo vertelde de verhuurder mij, omdat er andere banden zijn geplaatst welke door de sensoren van de camper niet worden herkend. Gewoon negeren. Een ander lampje dat continu aanstaat is het tow/haul symbool. Een instelling die normaal gebruikt wordt als je takelt (of getakeld wordt) en die nu aan staat om benzine te besparen omdat de motor zelf mee remt. Ik stuur een bocht om die mij uit de heuvels leidt en spontaan is de mist verdwenen. Voor mij strekt zich een fraai ochtendlandschap uit dat zacht wordt beschenen door de opkomende zon. Mijn blik valt weer op de vertrouwde lichtjes op het dashboard....maar wacht even. Er staat nu een ander symbool tussen. Iets dat lijkt op zo'n elleboogstuk dat loodgieters gebruiken om twee leidingen in een rechte hoek met elkaar te verbinden. Nee hè geen gelazer met de auto net nu ik naar Yosemite ga!
Ik stop bij het dichtstbijzijnde tankstation om olie te kopen. Voor de zekerheid sla ik de handleiding van de camper er nog eens op na. Er moet namelijk een specifiek merk olie in de motor. Met mijn vinger glijd ik de pagina omlaag tot ik bij het 'elleboogstuk' ben aanbeland. De vinger schuift horizontaal en...wacht even. Dit is niet de olie, maar heel wat anders. En ik had het kunnen weten.
Zo'n zes jaar terug ging mijn broer voor een paar weken op vakantie naar Thailand. In de tijd dat hij weg was mocht ik zijn auto lenen, een niet meer zo jonge peugeot. Ik besloot een rondje Frankrijk te doen met als eindbestemming het gehucht La Bidoire in de Loirestreek om vrienden te helpen met druiven plukken. Aangekomen in de Alpen kwam er een vreemd soort gekreun van onder de motorkap vandaan. Ik besteedde er geen aandacht aan want het vehikel reed zoals het hoorde. Toen ik op een landerig weggetje richting de Provence reed, ontbrandde het beruchte symbool op het dashboard: het elleboogstuk. Ook toen dacht ik dat het oliepijl niet op orde was en parkeerde bij een benzinestation. Ik kocht er een willekeurige olie en vroeg een medewerker mij te helpen, aangezien ik als autoloze geen idee had waar de olie in te gieten. De Fransman trok vol trots zijn overall aan en liep met me mee, daarbij aangemoedigd door de dames achter de kassa die hem via een buiten opgehangen speaker iets toeriepen.
Het duurde even, maar toen we de motorkap eindelijk open hadden gekregen, goot de man zowat de halve fles in het gat voor de olie. De dop er weer op, klep dicht en rijden maar. Terug op het landerige weggetje wachtte ik triomfantelijk op het lampje om uit te gaan. Niets gebeurde. In een volgend dorpje stopte ik bij een garage. Deze monteur herkende het symbool en gebruikte een eng woord als 'pollution'. Ai.
'C'est grave?', vroeg ik hem
'peut-être oui, peut être non' zei hij mystiek waarbij hij zijn bovenlip optrok en met zijn hand een 'kiele kiele' gebaar maakte. 'Maar er was een peugeotgarage in Salon-de-Provence hier vlakbij' meldde hij me nog. En dus toog ik daarheen. Voor honderd euro keken ze ter plekke de motor na en overhandigden mij het rapport. De kathalysator en een of andere sonde waren stuk, maar dat konden ze nu niet repareren omdat de onderdelen niet aanwezig waren. Als verdere aanmerking stond in het rapport dat er te veel olie in zat!
Goed, terug in Amerika, doe ik precies hetzelfde. Ik gooi de olie erin en start de motor. Terwijl deze stationair draait lees ik in de handleiding de beschrijving bij het symbool nog eens door. 'Als het lampje oplicht is dit vaak van tijdelijke aard en kan het gevolg zijn van:
a) een benzinedop die niet goed zit...check.
b) een verkeerde benzine...denk, denk...check
En dan: 'probeerde de motor een 'koude start' te geven. Zet de motor aan en uit, rijd een stuk door stad en over de snelweg en wacht tot het verdwijnt. Probeer dit drie maal.' Ik zet de motor weer uit en direct weer aan. Er gebeurt niets. Ondertussen begin ik in mijn hoofd een hele boze brief te dicteren aan Cruise America over de gebrekkige staat van deze camper. Ik rijd een stuk, zet hem uit en weer aan. Niets. Nu kan het me weinig meer verdommen, dan blaast die motor maar op en zorgen ze maar dat ik een nieuwe krijg! Ik moet wachten voor een rood stoplicht en dat duurt soms lang. Goed ik probeer het nog één keer en zet de motor af. En zonder veel vertrouwen zet ik hem weer aan. Het stoplicht springt op groen, ik trek op en...het symbooltje is verdwenen! Gas en op naar Yosemite!
Om tien uur arriveer ik in het park. Het is nog redelijk rustig en met gemak parkeer ik de camper. Na een paar dagen van veel autorijden wil ik een flink stuk wandelen en met een gratis shuttlebusje rijd ik mee naar de oostkant van de vallei, waar de route begint. Achter het stuur zit een olijke chauffeur die via een microfoon voor zijn mond commentaar levert op alles wat hij ziet: mensen die op de weg lopen, een attractie met een verhaal of een auto met een kenteken uit South Carolina('Wow, he's far from home') De chauffeur lijkt een beetje op sergeant Frank Deblin uit de Naked Gun films en praat met een kalme lijzige stem, die net zo is uitgesleten als de canyon beneden. De bus stroomt bij iedere halte voller en voller totdat er bijna niemand bij kan. De chauffeur praat lustig door en aan de reactie van de andere passagiers te horen is hij moppen aan het vertellen. Eentje gaat over een beer die op zijn bus zat, waarop hij door het raam moest ontsnappen. De clou ontging me compleet. Één van de passagiers roept luid: 'lucky you weren't bare-naked!' waarop de hele bus begint te lachen. De chauffeur raakt niet van zijn stuk en reageert lijzig: ' nope, I was fully dressed and so was the bear' . Uit de bus klinkt een afkeurend gejoel waarop hij weer antwoordt met: 'Sorry folks, I'm just a sit-down comedian'
De bus stopt weer en met mij stappen vele andere passagiers uit. Dit is het vertrekpunt voor een wandeling naar een waterval. In het begin is het vooral slalommen tussen de vaders, moeders en kinderen, maar naarmate het steiler wordt haken de meesten af. Mijn kuiten beginnen te branden, de koude wind bijt gemeen in mijn bezwete armen, maar het is het waard. Het geruis als van een vliegtuig dat overvliegt en al de gehele tijd hoorbaar is komt van de waterval die als een opgezwollen tong uit de mond van de rivier steekt. Paar fotootjes en verder. Weer in de vallei aangekomen is het aantal bezoekers verdrievoudigd. Ik vind t mooi beweest en besluit naar Hetch-Hetchy te rijden aan de noordkant van het park. Een jaar geleden was dit deel van het park nog in het nieuws omdat er grote branden woedden. De meeste bomen staan er nog, maar zijn zwartgeblakerd en hebben geen bladerdek.:-) Tussen de bomen in groeit geen gras of mos meer. Het doet mij denken aan de zwart-wit foto's van kapotgeschoten bossen van het Noord-Franse landschap tijdens de eerste wereldoorlog. De eerste na-oorlogse editie van de wielerklassieker Parijs-Roubaix kreeg hierdoor zijn bijnaam 'de hel van het noorden' (en niet vanwege de ellenlange kasseienstroken) Vanuit de verkoolde bast kruipen voorzichtig nieuwe helgroene loten het zonlicht tegemoet en tussen de zwarte stammen duikt ineens een lichtbruin hertje op. De hoopgevende symbolen dat dit stuk bos zich wel zal hertstellen.
De weg terug naar het Millerton Lake was erg bochtig waardoor de hele cabine door elkaar geschud raakte. Kleding, boeken, folders, schoenen en een toilettas vormden een kleurrijk tableau op de vloer van de camper. Maar het ergste was nog dat het omineuze symbooltje op mijn dashboard weer oplichtte.
Toen ik terug op de camping was vroegen de buren meteen of ik in Yosemite was geweest en hoe ik het ervaren had.
'Hey, I like your RV', zei de vrouw.
'I like it too', zei ik. 'but there's some annoying light on the dashboard'
'Is it blinking?'
'No'
'Than it's OK, all these RV's have the same problem!'
'So I do not need to worry?'
'No, mine is on all the time'
'Ok, enjoy you're evening'
' yep, you too'
Dag 7
Vandaag ben ik ietsje zuidelijker gereden naar ' Pine flat lake'. Een goede uitvalsbasis voor Kings Canyon en Sequoia National Park. Bij het ontvangsthuisje naar de camping word ik ontvangen door twee oudere mensen (ik denk een echtpaar). Terwijl de dame alle administratieve rompslomp regelt knoopt de man een praatje met mij aan. Waar ik vandaan kom en dat er veel mensen uit Europa zijn. Op het naambordje van de man lees ik 'Ken Good'. Het zou zo de naam kunnen zijn van een actiefiguur en tegelijk vraag ik mij af of Matell® niet een action hero poppetje van hem heeft. Ik zeg dat ik uit Holland kom. De dame zoekt in haar systeem, maar kan Holland niet vinden. Ik zeg ' try the netherlands' en haal nog even aan dat een of andere talkshow host een grapje maakte dat wij niet konden kiezen hoe we ons land nu wilde noemen (dit naar aanleiding van een opmerking van een van onze schaatcoatches die op de olympische spelen onderstreepte dat Amerika nog geen schaatsmedaille had) Ken Good zegt: 'hey, when people ask me where I'm from I just say I'm from Texas' De dame heeft ondertussen het digitale papierwerk gedaan en laat mij betalen. Ken Good waarschuwt nog even voor de ratelslangen want hij heeft er gisteren nog één gevangen.
Ook kings Canyon is op deze zondag druk bevolkt. Bij het bezoekerscentrum koop ik een wandelkaart en zoek een wandeling die rustig is, zonder veel mensen. Ik rijd een stuk weg van het bezoekerscentrum en vind een op papier mooie wandeling naar een uitkijkpunt. Hier hoog in de bergen ligt nog volop sneeuw en sommige wegen zijn onbegaanbaar. Zo is bij bijvoorbeeld Kings Canyon zelf niet te bereiken. De wandeling die ik heb uitgekozen is geheel ondergesneeuwt. Een deel is platgetrapt door anderen voor mij wat het lopen nog enigszins bemakkelijkt, maar bij de eerste stap zak ik tot mijn knieeen weg in de sneeuw. Het voorgetrapte pad leidt slecht een honderd meter het bos in een stopt dan. Als ik binnen geen tijd weer terug ben bij de camper daalt er een vermoeidheid op mij neer en besluit ik terug te gaan naar de camping. Een week van weinig slaap en continu in de weer heeft zijn uitwerking gehad. Op de automatische piloot rijd ik terug waar 'Ken' me op wacht. We praatten kort dan neem ik een douche.
Dag 8
Nadat ik gisteren in Kings Canyon was geweest, moest ik nu dezelfde route nemen om het Sequioa National Park te bekijken. Dezelfde route nemen vind ik vaak wat saai en dus zocht ik op de kaart naar een alternatief en vond deze. Alleen niet in de goede richting, zo bleek. Mijn brein is uitgerust met een uitstekend vermogen om te verdwalen. Wat een eufemisme is voor een zeer slecht coordinatievermogen. Hoeveel uren, kilometers en kosten aan benzine ik al niet kwijt ben geraakt aan verkeerde afslagen, ik weet het niet. De leercurve is ook al jaren afgeplat, dus enige hoop op herstel verwacht ik niet.
Na dus een route te hebben gekozen die me heen en (dezelfde weg) terug twee uur vertraging kostte sjeesde ik richting Sequioa, het park dat bekend staat om zijn enorme Sequioa bomen . Het was maandag en niet zo druk als de dag ervoor. Alleen bij de beroemdste boom, de 'general Sherman tree' was de parkeerplek overvol. Ik reed verder. Bij het museum was plek zat en daar parkeerde ik voor een tweetal korte wandelingen. Hoewel de sneeuw nu heel snel aan het smelten was en stroompjes vormde over de weg, lag er in de bossen nog een dikke laag. Het was lastig hier doorheen te lopen want mijn schoenen zakte steeds diep weg, al vond ik wat hulp in de voetstappen van anderen. De stilte en het ontbreken van enige toerist op het eindpunt was de inspanning waard. Want dat vind ik tot nu toe een nadeel: al die toeristen. Een uurtje later ben ik weer beneden en probeer ik een ander pad te vinden met de gps. Dit pad is nóg dichter besneeuwd en minder bewandeld dan het andere maar heerlijk rustig. Ook hier rijzen de sequioabomen tot aan de blauwe hemel. Het is er stil, maar een dof gehamer als van een machinegeweer in de verte klinkt vanuit de toppen van de bomen. Dit moet de grote bonte specht zijn. Op de camping zaten een hoop kleinere maar die maakten lang niet zo'n geluid als deze.
Op de weg terug neem ik een andere route het park uit die nog fraaier was dan de heen route. De weg slingert naar beneden het dal van, ik denk, de King's river in. Hoefijzervormige bochten, steile afdalingen, alles gaat lekker soepel en ik ben al bijna beneden als ik een harde klap hoor. Ik kijk naar rechts en zie dat mijn spiegel niet meer uitsteekt maar zo tegen de deur geplakt zit dat ik mezelf er bijna in kan zien. De spiegel bestaat uit twee delen: een grotere spiegel aan de bovenkant die een 'normaal' beeld geeft en een kleinere eronder die het beeld wat vertekent zodat de blinde hoek zichtbaar is. De grotere spiegel hing er los bij, de kleinere was geheel verdwenen. Ik reed tot aan de uitgang van het park en parkeerde naast het loket om de schade op te nemen. De ranger kwam meteen zijn loket uit en vroeg of alles ok was. Ik legde uit wat mij was overkomen en klikte ondertussen de bovenste spiegel weer op zijn plek. Het leek dus nogal mee te vallen. Als ik nu die kleinere spiegel kon terug vinden was alles weer gefixt, op de krassen na dan. Van de ranger mocht ik weer terug en zocht het korte traject af waarbinnen het gebeurt moest zijn. Ik zag een duidelijk overhangende rots die de boosdoener geweest moest zijn, maar de spiegel zag ik nergens. Niet op de weg, niet tussen de bosjes, nergens. Niets aan te doen. Aangezien ik die grote spiegel zo makkelijk terug kon plaatsen, was ik er van overtuigd dat ik ergens wel een los exemplaar kon vinden. Als ik maar voor zessen terug zou zijn, zou ik Ken, de slangenworstelaar van de camping kunnen vragen om een adres. Helaas, ook die inschatting ging niet helemaal goed, want toen ik terug kwam begon het al te schemeren. Dan maar eerlijk zijn en de verhuurmaatschappij opbellen. Na tien minuten wachten nam iemand op en registreerde het probleem. Ik moest de volgende dag terugbellen zodat ze 'service' konden regelen. Dezelfde nacht sliep ik wonderbaarlijk goed.
Dag 9
Terwijl ik dit schrijf kijk ik uit over het woestijnlandschap van Death Valley. Mijn camper is geparkeerd langs de highway 14 aan de rand van het Death Valley National park. Rondom niets dan kale vlakte met soms een eenzame boom en wat struiken. Daaromheen kale bergen met punten die aan hondetanden doen denken. Vrachtwagens suizen voorbij. Het was een erg warme dag, maar nu koelt het langzaam af. Er blaast een harde rukwind die me doet denken aan de Meltémi winden op Kreta. Waarom ik hier zit en niet op mijn geplande camping in Shoshone? Die coordinatie weet je nog. Afslag gemist, en daar kwam ik pas na twee uur eindeloze highway achter. Maar het maakt ook niet uit, ik heb electriciteit en wifi zodat ik dit kan schrijven en posten.
Ik ben hier vrij laat aangekomen omdat ik eerst dat spiegelprobleem moest oplossen. Toen ik de verhuurmaatschappij opnieuwe belde kreeg ik een mevrouw aan de lijn die me meedeelde dat er in het gebied waar ik zat geen service beschikbaar was om dit specifieke probleem te verhelpen en dat ik dus terug naar San Francisco kon rijden. Een rit van drie uur! Of, zo zei ze, probeer het zelf op te lossen met een opplakspiegel of iets dergelijks. Dat leek mij beter. Opnieuw besloot ik de hulp in te roepen van de man uit Texas, mijn superhero Ken Good®. Ik liep naar het loket, maar de rolluiken waren nog dicht. Dan maar eerst even naar het toilet. Terwijl ik daar zit, komt er een onbekende het toilet gebouw binnenwandelen en rukt aan de deur waarachter ik zit. Ik zeg niks, want waarom zou ik. Deze plee is duidelijk bezet als de deur niet open gaat. Maar Amerikanen, zo heb ik eerder geschreven zijn van de communicatie en dus roept deze man luidt alsof hij in een enorme fabriek op zoek is naar personeel: 'hellooohooooo'. Enigszins beschroomd mompel ik er een 'hi' uit waarop de man zegt: 'O, it's occupied'. 'Yep'
Terug van het toiletbezoek zie ik een pick-up met het nummerbord van Texas 'the lone stare state'. Dat moet de camper van Ken de superheld zijn, de rattlesnake wrestler from Wacco. Jawel, op het bordje ernaast staat dat hier de ' host' verblijft. Ik drentel wat en klop dan op zijn deur.
'Hiii how are you', zegt Ken vriendelijk.
'Sorry to disturb you', verontschuldig ik mij
'No No, your not disturbing, what's up'
Ken stapt ondertussen naar buiten. Hij ziet er niet echt als een superheld uit met zijn witte sokken in sandalen, zijn slobberige lange onderbroek waarover hij een kort sportbroekje draagt en zijn legergroene pet op. Toch, ik leg hem mijn probleem voor en vraag of hij een 'RV shop' weet. Ken stapt zijn woonunit binnen en komt terug met de gouden gids van de omgeving. Hij bladert en bladert en komt er dan achter dat het de gids is van Texas. Als hij terugkomt met de juiste, die van de zeer nabije omgeving, wordt hij niet veel wijzer. Dan schakelt hij over op moderne technieken. Hij pakt zijn mobiel en houdt hem hoog in de lucht om wat ontvangst te krijgen in dit dal. Zij grote vingers tikken Fresno (dichtsbijzijnde grote stad) in en nog wat zoektermen als 'glas' en 'auto'. Doordat zijn vingers zo groot zijn en zijn motoriek die van de zeventig jarige die hij is, verloopt dit niet soepel, maar uiteindelijk weet hij een bedrijf te bellen en zet zijn telefoon op speaker. 'hello, this is Dolores from the American Glass company, how can I help you?' Ken zegt 'hello Dolores' en legt het geval uit. Dolores stelt allerlei moeilijke vragen over bouwjaar en 'vehicelnumber' die we niet kunnen beantwoorden omdat de camper niet in de buurt staat. Ik schrijf haar telefoonnummer op en beloof haar terug te bellen met de juiste informatie. Ik bedank Ken en we geven elkaar een hand. Weer zo'n handdruk die ik niet zal vergeten.
Ik rijd de camper omhoog langs de weg waar de ontvanst beter is en bel het autoglasbedrijf. 'Hi Dolores' en ik geef haar de gewenste info. Ze zoekt en bladert hoorbaar in een catalogus terwijl ze zwaar ademt in de hoorn. Dan heeft ze het gevonden. 'Ja die hebben we. Ik stuur iemand op weg voor de spiegel . Om 1 uur kun je hem halen en dan zetten we hem er meteen op' Mooi, zie je nou wel dat ze die spiegels los hebben. Dolores legt me uit hoe ik bij American Glass moet komen en vol goede moed zet ik de radio aan. Ik had in Yosemite al een portie moppen aangehoord, maar op de radio deden ze niet voor de sit-down comedian onder. Blijkbaar was een of andere gouverneur uitgenodigd voor een interview en die sloot af met wat grappen.
'what do you call a man with a big fish on his head? Ray!' of
'Fish walks into a bar, bartender asks: what'll you have? Fish says: waaaaater!'
Niveau Tommy Cooper, maar die was wel grappig.
Wanneer ik bij de American Glass Company ben, stapt Dolores meteen naar buiten met haar rolmaat en catalogus. Ze neemt de spiegel op, bladert weer wat en begint dan te twijfelen. Ze roept haar collega erbij, wijst in de catalogus en schudt met haar hoofd. Ze schudt traagjes alsof ze iemand duidelijk wil maken dat hun wederzijdse geliefde het niet gaat redden. Maar, ze weten nog wel een adres aan de andere kant van de stad, probeer het daar eens. Weer die lange avenues af, stukje highway, die kruist met een andere highway, zoeken, gevonden: een enorme RV rental en verkoop. Ik stap er binnen en leg mijn probleem uit en...hoe warm was ik! Ze zeiden het meteen: 'Ah Cruise American rental?', ' the smaller convex mirror?', 'well we had one left and we sold it yesterday!' Dat hadden ze beter niet kunnen zeggen. Wat een pech. Ik vraag of er nog andere winkels in de buurt zijn, maar het antwoord was nee. Jammer, dan maar zonder spiegel op pad. Ik rijd het terrein af en zie meteen nog een winkel. Ik waag het erop. Maar helaas, ze hebben het ook niet. 'Probeer de buren eens', zeggen ze behulpzaam. Ik vertel dat ik die al heb geprobeerd, echter er blijkt nóg een winkel te zijn. Als laatste probeer ik deze kampeergroothandel. Een vrolijke meneer heet me welkom en wil weten waar ik vandaan kom. Als ik Holland, zegt hij 'ah, the netherlands'. Hij heeft veel nederlandse vrienden. Hij begint een praatje en wil alles weten. Wat voor werk ik doe, of het de eerste keer is in Amerika, of ik in Yosemite ben geweest en of ik genoeg geld verdien om dit te betalen. Ik krijg steeds meer het gevoel dat die Amerikanen echt geinteresseerd zijn in de ander. Uiteindelijk verlaat ik het gebouw met een handdruk en een 'five dollar' plakspiegel.
Terug bij de camper probeer ik de pas verworven spiegel met zijn twee plakstrips te bevestigen aan het aansluitstuk van de originele spiegel. Er is weinig grip voor de plakrandjes, maar met wat stevig aandrukken zit hij op zijn plek. Nu de highway 99 op richting Bakersfield! En wat een slechte weg is dat. Bij het eerste gat in de weg dat ik niet weet te omzeilen trilt de cabine als een gek en verschrikt kijk ik naar mijn spiegel. Hij zit nog. De volgende kilometers trillen zonder uitzondering, maar de spiegel houdt het wonderbaarlijk. De muziek gaat hard aan en vol vertrouwen rijd ik zuidwaarts. Kleine dorpjes passeren rechts en links , het landschap wordt langzaam ruiger en kaler, een bord met de tekst: "we need to talk. -God" suist voorbij. Dan kijk ik opzij en...spiegel weg! Ik heb vaak goede ideeen, die altijd wat te laat komen, maar ik was weer eens te lui en te ongeduldig om nog eens te stoppen voor tape. En dus ga ik weer van de highway af en rijd een tankstation binnen. Daar koop ik wat te eten, een klein convex spiegeltje en 'Gorilla tape' en plak het spiegeltje stevig vast. En met deze constructie bereik ik Death Valley voor het donker wordt.
- comments
Corinna Hoi! Straks in bij de lunch gauw je verhalen lezen en voor nu enjoy Death Valley en kom er leven uit :-)
petros bedankt, ik ga het zo bij de koffie lezen. Tussen het witten en tuinieren door . . .
Madalina Ik kom niet bij van het lachen! :-) Verder heel leuk om het te lezen. Ups and downs maar verder een leuke uitdaging tot nu toe!
Mariëtta Hoi. Geweldig leuk om te lezen. Wanneer komt je boek uit? Benieuwd naar het vervolg :-)
Louise Hoi Lennard, net kreeg ik je blog doorgestuurd van Marietta, geweldige verhalen en wat schrijf je goed! Wel een avontuur hoor! Succes en ik kijk al uit nasr de volgende.
Jeanne en Rob Delno Hoi Lennart, Nou had ik gelijk of niet ? Geweldig toch die Amerikanen.Vergeet vooral niet om naar een kroeg te gaan en chicken wings te bestellen met een kan bier met ijsblokjes tijdens een american football wedstrijd en dan naast zo,n dikke redneck gaan zitten .Die heet vermoedelijk Dan en is een ex navy seal,dat wordt echt leuk. Veel plezier en dank we zitten weer helemaal in de States. Groeten van Rob en Jeanne
Marijke de Bruijn Hoi! Gaaf om je avonturen te volgen en grappig dat ik me toch wel een heel klein beetje verantwoordelijk voel voor de mankementen in de camper... je schrijft leuk, ik zie t voor me! Save trip! Gr Marijke
Luci Hoi Lennart nog even je tweede verhaal gelezen na de badminton! Leuk om te lezen en wat zijn ze behulpzaam hè die Amerikanen ?kijk uit naar het volgende verhaal!
Anja Aret Het wordt steeds leuker om te lezen en het grappige is dat ik je gezichtsuitdrukking er ook steeds bij zie. Maar vroeger noemde je het toch macguyver tape, het zat door je hele kamer.
lennart o ja McGyver! Die was nóg stoerder dan Ken Good®
RUUD Wat een toeval. Lennart vangt op dat er een ratelslang is gesignaleerd en wil een dag later een wandeling maken. Zullen we samen een boek schrijven?
Joseph Perumpillichira Hoi Lennart, veel plezier met de camping en ontdekkingsreis! groeten, Joseph
Sander Mooie avonturen man; door death valley rijden zonder dode hoek spiegel. Ik maak nooit iets mee tijdens vakantie ;-) Als een Amerikaan niet weet wat Holland is, zeg ik altijd met trots "we're the only country in the world where gay men can marry and have an abortion on the same day".