Profile
Blog
Photos
Videos
Na het ontbijt lopen we naar de Kathedraal, omdat je daar voor een klein bedrag het dak op kunt. We bewonderen de grote kerkklokken en de wit gekalkte koepels, met uitzicht over de rode dakpannen van de stad en de vulkanen aan de horizon.
De bestemming van vandaag ligt tweehonderd kilometer van León, in de Noordelijke provincie Matagalpa. Om daar te komen, rijden we letterlijk tussen de actieve vulkanen door. Links de Santa Clara en Telica, rechts Las Pilas en de perfecte kegel van de Cerro Negro.
Bij het dorpje San Jacinto bezoeken we de 'hervideros', een veld met kokende modderpoeltjes aan de voet van één van de vulkanen. Omdat de gaten steeds op andere plekken verschijnen, worden we begeleid door zeven kinderen tussen vier en twaalf jaar oud. De kleinsten pakken je hand en houden die stevig vast, terwijl de rest om ons heen rent. Eén van de meisjes spreekt al goed Engels, ook al is ze nog geen tien. De kinderen zeggen dat ze in de ochtend naar school gaan. Zou dat waar zijn?
Volgens de VN geven Nicaraguanen hun leven een zes min, ruim een punt hoger dan zeven jaar geleden, wat de grootste verbetering is van alle landen op aarde. Dat heeft waarschijnlijk te maken met de mooie economische groei sinds de eeuwwisseling, en het kwijtschelden van een grote schuld. Toch verdienen de zes miljoen inwoners nog altijd een stuk minder geld dan de andere Latijns Amerikaanse landen. Na Haïti is Nicaragua het armste land van het Westelijke halfrond. In het noorden, waar we vandaag naartoe rijden, komt de meeste armoede voor, ongeveer een kwart van de mensen heeft niet genoeg geld om zich te voeden.
Langs de NIC-26 richting Matagalpa zien we weer het lange gouden gras, nu ook afgewisseld door knalgroene rijstvelden. Het klimaat is hier vochtiger, meer tropisch. Als we de bergen in rijden, zien we ook grote koffieplantages. Koffiebonen liggen te drogen op stukken zwart plastic, die worden dichtgevouwen als de bonen klaar zijn voor consumptie.
In Matagalpa eten we een reuzenburrito van matige kwaliteit bij El Mexicano, daarna is het nog maar een klein stukje rijden naar La Selva Negra, wat letterlijk het Zwarte Woud betekent. Bij de afslag staat een roestende kleine tank, een herinnering aan de guerrilla-oorlog tegen de contra's. De bergen hebben altijd een belangrijke rol gespeeld in de recente geschiedenis van het land. De guerrilla's van Sandino kwamen in de jaren twintig uit de bergen, in de jaren zestig zaten hier de Sandinisten van Fonseca c.s. en in de jaren tachtig waren het de contra's die zich hier verscholen.
We logeren vandaag op een koffieplantage op ruim duizend meter hoogte. Het is hier koeler dan in León, iets onder de dertig graden. De plantage is omgeven door tropisch regenwoud en is in de negentiende eeuw gesticht door Duitsers, vandaar dat we hier Erdinger bier en een schnitzel kunnen krijgen. Een mevrouw van het hotel jaagt twee luidruchtige ganzen van het terras met een zwabber. Later op de avond worden ze ook streng toegesproken door een ober, omdat ze door de conversatie van de gasten gakken.
We zitten op de schommelstoelen voor ons huisje. Uit het zwarte woud rondom de plantage klinkt het lawaai van brulapen, de meest luidruchtige landdieren op aarde; hun geluid is soms op vier kilometer afstand te horen en klinkt als de combinatie van een grommende jaguar en een burlend edelhert. Dat hadden we moeten weten toen we een wandeling maakten bij Boquete in Panama, want toen schrokken we ons rot van het geluid. Vanaf tien voor zes beginnen ook de krekels steeds meer lawaai te maken. De duisternis valt, zo snel als een machete.
- comments