Profile
Blog
Photos
Videos
DE SLAGVAARDIGE MONNIKEN VAN PLEASANT BAY
Op Canada Day (1 juli) viert het land feest. Al weet bijna niemand meer dat op deze dag de vereniging van de Britse koloniën (Nova Scotia, New Brunswick, Ontario en Quebec) gevierd wordt, feest iedereen graag mee. Iedere stad en elk dorp geeft er zijn eigen invulling aan: zo kunt genieten van parades, barbecues, spelletjes, concerten en vuurwerk.
Softbal spelende monniken
Er was echter één klein plaatsje dat iets heel bijzonders op het menu had staan. Elk jaar spelen daar de boeddhistische monniken en nonnen van het nabijgelegen klooster softbal tegen de lokale brandweerbrigade. Erg nieuwsgierig naar dit tafereel, besloten we af te reizen naar het noordelijkste puntje van Nova Scotia: Cape Breton.
Canadese Urk
In dit glooiende, groene gebied, dat bekend staat om zijn prachtige wandelroutes langs de Cabottrail, ligt het plaatsje Pleasant Bay waar het bijzondere evenement zou plaatsvinden. In het vissersdorpje wonen 170 mensen die bijna allen 'Timmons', 'McLean', 'Fraser' of 'MacIntosh' als achternaam dragen. Iedereen is familie van elkaar. Een soort Urk, maar dan zonder de sterke spirituele achtergrond (men haal hier zijn 'spirit' niet uit de kerk maar uit de slijterij).
Kreeften bevrijden
De twee belangrijke inkomstenbronnen van Pleasant Bay zijn toerisme en de visserij. Op 31 mei eindigt hier het kreeftenseizoen. De nonnen en monniken van Gampo Abbeymaken er een traditie van om aan het einde van deze dag alle overgebleven kreeften op te kopen. Onder begeleiding van een aantal lokale vissersmannen, die zich grappig genoeg erg bij dit initiatief betrokken voelen, laten de boeddhisten de kreeft weer vrij in de oceaan. Ook voor de vissermannen breekt er een plezierige tijd aan. Zij hebben twee weken de tijd om bij te komen voordat het krabseizoen begint.
Kinderoptocht
Voorafgaande aan de memorabele wedstrijd op Canada Day vond een kinderoptocht plaats. Alle kinderen uit de omgeving verzamelden zich op hun stepjes, fietsen, skelters of in huifkarretjes en kinderwagens bij The General Store, de enige winkel in het dorp. Aan het einde van de route, die van de winkel naar het einde van de doodlopende straat in de haven leidde, wachtte een prijs voor het best versierde vervoermiddel. Trotse vaders en moeders/ kartrekkers liepen met hun 'kinders' achter de brandweerwagen aan die met snerpende sirene voor de stoet uitreed. Ook zagen we al een aantal rood met gele jurken tussen de mensen bewegen: het waren de monniken waarvoor we naar Pleasant Bay waren gekomen.
Vleesetende boeddhisten
Na het zingen van het Canadese volkslied en de overhandiging van de prijs (die naar een drieling in een trekkarretje ging) was het tijd voor de spelletjes en de buurtbarbecue. Tot onze grote verbazing zagen we een aantal monniken gretig in een hamburger bijten (terwijl wij van de monniken in Australië hadden begrepen dat boeddhisten zich houden aan een vegetarisch menu). Een monnik aan wie we om uitleg vroegen, gaf een genuanceerd antwoord. De bewoners van de Gampo Abbey mogen inderdaad geen vlees eten. Maar dat geldt alleen op het landgoed van de tempel. Daarbuiten zijn de mensen vrij in wat ze innemen (in onze beleving een vrij kromme gedachte. Je bent een boeddhistische monnik/non of je bent het niet).
Robin valt in
Uit zee stak een flinke bries op die de wolken uiteen blies. De zon zag zijn kans en verwarmden iedereen met haar stralen. Christopher, de monnik waarmee we na de 'hamvraag' een uitgebreid gesprek hadden aangeknoopt, vertelde ons dat de softbaltraditie zo'n acht jaar geleden begon en dat het als doel heeft contact te krijgen en te onderhouden met de inwoners van 'plezante plaatsje'. Tevens liet hij weten een aantal man te kort te komen voor de wedstrijd. Of Robin mee wilden doen (Rosa was al te ver weg om het aan te vragen. Zij struinde met de camera voor haar gezicht het veld af, op zoek naar strategische fotoplekken). Robin zei 'ja', een buurtjongen bood tevens zijn hulp aan en de wedstrijd kon beginnen.
Veelbelovend
De tribune zat vol en om het veld hadden mensen in klapstoeltjes een plek gevonden. Zou het de monniken (de nonnen deden deze keer niet mee) deze keer wel lukken om te winnen? De enige keer dat ze gewonnen hadden, was een paar jaar geleden toen ze hulp kregen van de kinderen van het dorp. De Nederlandse jongen zag er in ieder geval veel belovend uit…
Jurken en rubberen laarzen
De brandweermannen in hun geel met zwarte pakken waren als eerste aan slag. Ze hadden hun rubber laarzen aangetrokken om zichzelf af te remmen en zo hun tegenstanders tegemoet te komen. Je kon zien dat ze het warm hadden. De monniken waren echter helemaal op de situatie gekleed (voor zover als jurkdrager kon natuurlijk) en droegen sportschoenen en baseball caps.
Fanatiekelingen
De teams gingen gelijk op. Toen het Gampo Abbey-team voor kwam te staan, werden de brandweermannen wat fanatieker. Steeds vaker riepen ze elkaar bemoedigingen en beledigingen toe. Beide kanten zetten zich voor de volle honderd procent in. Homeruns, slidings, strikes, wapperende jurken, klossende rubberlaarzen, tuimelende mensen en gelukkig toch veel enthousiaste gezichten. Robin zat er lekker in en mepte er flink op los. Rosa kreeg het aan de zijlijn bijna aan de stok toen zij zich in het wandelpad van een fanatiek coachende non bevond.
Volgende wedstrijd
Na tweeënhalf uur zat de wedstrijd er op met de brandweermannen als winnaars van het spel. De monniken waren net zo blij. Nog nooit hadden ze zo goed verloren: het bleef een spannend spel tot aan het einde. Mede met dank aan the Dutchie natuurlijk. De brandweermannen hadden blijkbaar ook genoten: een van de oudere teamleden kwam na de wedstrijd langs om te vragen of ze van de jaarlijkse wedstrijd iets wekelijks konden maken. De monniken op hun beurt lachten dankbaar maar beleefd. Allen wisten wat het antwoord was. Nog een jaar wachten voordat de ze weer aan slag zouden zijn.
Over de softbal spelende monniken is ook een documentaire gemaakt met de naam Monks at bat.
- comments