Profile
Blog
Photos
Videos
Net gearriveerd op Rainbow Beach, daar was ik gebleven in het vorige blog. Inmiddels zijn we 4 nachten verder op moment van schrijven en heb ik het avontuur op Fraser Island mee mogen maken. Daarover later meer.
De eerste dag en nacht verbleven we in het hostel Frasers on Rainbow. Deze nacht zat net als de nacht na het bezoek aan Fraser Island inbegrepen in de prijs van de tour. Vrijwel iedereen in Rainbow Beach kwam voor de Fraser Island tour. Het dorp heeft verder weinig te bieden. De Greyhound bus zette ons direct voor het hostel af. Drie hostels op een rij met vrijwel alleen maar Fraser Island bezoekers. Het hostel waar we in verbleven was erg verwaarloosd. Slecht onderhouden kamers met slechte douches, geen kluisjes, een vies zwembad, veelal chagrijnig personeel en een vieze kleine keuken. Het leek een beetje alsof het hostelpersoneel zoiets had van: "de mensen moeten toch wel naar ons hostel komen om de tour op Fraser af te kunnen leggen dus waarom zouden we ons best doen om er iets moois van te maken." Niet echt aantrekkelijk dus, maargoed, we kwamen hier voor Fraser Island en die twee nachtjes dat we hier zouden slapen overleefden we ook wel weer.
De eerste nacht deelden Arno en ik dezelfde kamer met onder anderen een Engels stelletje (James en Laura) die ook de volgende dag naar Fraser Island zouden gaan. Na onze aankomst op vrijdag 20 november rond 13:00 uur installeerden we ons op de kamer om vervolgens om 14:00 uur uitleg over de trip naar Fraser te krijgen.
Een enorm enthousiaste Aussie, genaamd Luke, liet ons eerst twee Dvd's zien. Eentje ging over het eiland zelf en de dingo's, de ander over het besturen van de 4WD, in ons geval een Toyota Landrover. Na de twee Dvd's bekeken te hebben werd ons verteld dat we alleen een kleine tas mee mochten nemen en de rest van onze spullen in het hostel achter moesten laten in de Luggage Room, een afgesloten bagageruimte. Aangeraden werd om wat water, snacks, een zwembroek, een shirtje, een vestje/jas voor 's avonds, wat toiletspulletjes en slippers mee te nemen. De verschillende maaltijden zaten bij de prijs van de tour inbegrepen. We kregen onder anderen een gasfles, een kookstelletje en ontbijt, lunch en avondeten voor 3 dagen mee.
Tijdens de uitleg werden de 21 aanwezige mensen in 2 groepen verdeeld. Onze groep bestond uit 11 mensen: Het Engelse stelletje (James en Laura), een Canadees stelletje (Bryan en zijn vriendin waar me de naam even van ontschoten is),een Duitser (Ben), een Engelse jongen (Oliver), een Française(Coco), twee Zweedse meisjes (Tess en Carolina) en Arno en ik. Wij vormden samen groep 1, al snel omgevormd tot The A-Team. De volgende dag 9:00 uur verzamelen was het devies van Luke.
Na de uitleg van Luke bezochten Arno en ik de dichtstbijzijnde supermarkt om wat eten en water voor de tour in te slaan. Als avondeten kochten we beide een kant en klare diepvriesmaaltijd (noodles met rundvlees en groente) en een blikje tonijn en een zak sla. De maaltijd was redelijk goed en ook het idee om een blikje tonijn met sla te vermengen is voor herhaling vatbaar.
's Avonds hadden Arno en ik ons voorgenomen om vroeg te gaan slapen. Dit kwam er uiteraard niet van zoals wel vaker het geval. Deze keer was een gezellig kaartavondje met onder anderen een van de barmannen en Emma, een meisje dat we tegen gekomen waren in Brisbane op weg naar het Koala Park. Om 12 uur vonden we ons bedje met de nodige biertjes achter onze kiezen.
De volgende ochtend om 9:00 uur verzamelden we ons voor het hostel waar onze 4WD reeds klaar stond. Na de hele checklist met spullen die we gekregen hadden nagekeken te hebben moesten we alles boven op de wagen plaatsen en vastzetten. De lijst bestond naast eten, een gasfles en het kookstel onder meer uit een tafel, 6 tentjes, bestek, kopjes, borden en 2 koelboxen. 1 van de koelboxen was gevuld met bier en wijn. We moesten tijdens de uitleg een formulier invullen met de bestelling die we wilden doen. Arno en ik hadden beide gekozen voor een treetje van 24 blikjes Carlton Draught á 40AU$. De andere koelbox was gevuld met hamburgers, braadworsten, tomaten, ham, bacon, sla en uien. Verder kregen we nog noodles, fruit, limonade, brood, jam, pindakaas, kaas en eieren mee. Genoeg te eten dus voor 3 dagen.
Na alles op de wagen te hebben geplaatst en het geheel afgesloten te hebben met een doek vertrokken we naar het 4WD verhuurbedrijf een paar kilometer verderop. Daar kregen we nog wat laatste uitleg over de Toyota Landrover en een kaart van het eiland mee. Verder was er een soort programma voor ons opgesteld. Tijdens hoogwater was het bijvoorbeeld verboden om op het strand te rijden aangezien de auto niet in aanraking mag komen met zout water. De boete die hierop stond was minimaal $1000.Met behulp van het programma dat voor ons samengesteld was zouden we de hoogtepunten van het eiland zien en op de juiste tijden langs het strand rijden. Na ook deze informatie te hebben aangehoord mochten we richting de boot vertrekken die ons naar het eiland zou vervoeren. De misschien wel belangrijkste boodschap die we meekregen was: niet in de oceaan zwemmen aangezien er haaien langs de kust zitten.
Fraser Island heeft zijn naam te danken aan de familie Fraser. Dhr. en Mevr. Fraser strandden in 1836 met hun schip aan de noordwest kust van het 1800 km2 grote eiland. Hij overleed en zij werd met hulp van de plaatselijke Aboriginals gered. Na deze gebeurtenis besloten de Australiers het eiland Fraser Island te noemen. De Aboriginals noemen Fraser Island "Kgari" wat vrij vertaald paradijs betekent. Dit omdat het naast het grootste zandeiland ter wereld ook een waar paradijs is.
Later, ergens in 1935 is er een nieuw schip gestrand. Dit maal een Japans schip waarvan de resten nog op het eiland liggen. Dit schip, genaamd Maheno, was in een cycloon terecht gekomen en hier in gestrand. De resten van het schip hebben wij op onze eerste dag op Fraser bezocht.
Na aankomst op het eiland reden we eerst een grote zandweg af richting het "binnenland" waar we Eli Creek bezochten. Na regenval wordt er een kristalhelder watervalletje gevormd waar je een mooie wandeling langs kunt maken. Bij Eli Creek hebben we onze eerste lunch genomen, broodjes ham met tomaat en sla. Op 2 km. van Eli Creek ligt het wrak van Maheno dat we vervolgens bezochten. Na nog een bezoek te hebben gebracht aan Pinnacles, een plaats bestaande uit rotsen van verschillende zandkleuren zochten we een plekje op om te kunnen overnachten. We kwamen rond half 6 toevalligerwijs uit op een plekje waar ook groep 2, waarmee we de uitleg gehad hadden en vertrokken waren op de boot richting Fraser Island, zich had genesteld.
Na het opzetten van de tenten, het eten van wat broodjes hamburger met sla, tomaat en ui en het drinken van biertjes vormden de 2 groepen zich langzaam samen. Er werd gedronken en gepraat over vanalles. De dingo's waar we voor gewaarschuwd werden hebben we niet kunnen ontdekken op onze eerste dag. De volgende ochtend zouden we om 6:00 uur weer vertrekken. Dit in verband met de waterstand. We zouden tot 9:00 uur over het strand mogen rijden en dan weer tot 13:00 uur moeten wachten. Om 23:00 uur hielden Arno en ik het daarom voor gezien om lekker knus samen in een tentje te mogen gaan liggen met alleen een dun matje van zo'n 2 centimeter dik dat ons van de harde ondergrond scheidde. Het bier had z'n werk gedaan want zonder al te veel problemen vielen we snel in slaap.
Oliver had de eerste dag zo'n beetje al het werk achter het stuur voor z'n rekening genomen. We kwamen welgeteld 0x vast te zitten, een enorme prestatie aangezien we groep twee na een paar minuten al verlaten hadden omdat ze voor de tweede keer vast zaten en we geen zin hadden om elke keer te gaan staan wachten. Het enige kleine oponthoud dat wij hadden bestond uit een paar gebarsten bierblikjes op het dak na wat hobbels iets te hard te hebben genomen. Een prima dag dus.
Arno en ik overlegden al samen of we ook zin hadden om te rijden. Het was allemaal toch wel erg moeilijk en omdat we ook nog een Duitser met 4WD ervaring aan boord hadden besloten we in goed overleg met de groep om Oliver en Ben het werk achter het stuur te laten verrichten. Op deze manier zouden we meer van het eiland kunnen zien en het minste oponthoud tegenkomen. Daarnaast was het achterin de kar net zo'n grote belevenis als achter het stuur.
De volgende ochtend om 5 uur werden we wakker van de wekker. Na wat chagrijnige opmerkingen over en weer (Daan: Goedemorgen, Arno: Het is midden in de nacht man hou op… Daan: Jezus ik barst van de spierpijn door dit bed, Arno: Ja en ik heb pijn in me kop) en wat aanklooien met tanden poetsen en opfrissen was iedereen rond kwart over 6 klaar voor vertrek. Het dak van de wagen was weer prima gevuld met al onze goederen.
De weg richting Lake McKenzie werd ingezet. Een klein wit strandje aan een helderblauw stukje water. Voor velen is dit het hoogtepunt wat Fraser Island betreft. Onze groep kon deze mensen geen ongelijk geven. Het is werkelijk een schitterend stukje strand! We parkeerden de auto op zo'n 10 minuten lopen van het strand. De voettocht van de auto richting het strand ging voornamelijk over zacht zand. Ik besloot m'n slippers in de auto te laten liggen en op blote voeten te gaan. Achteraf een niet zo hele slimme beslissing… Na namelijk een paar uur aan het water te hebben gelegen begon iedereen hongerig te worden en besloten we terug richting de wagen te lopen. Het stukje zachte zand tussen de auto en het strand was op enkele plaatsen echter zo heet geworden door de scherpe zon dat er simpelweg niet overheen te lopen viel. Een paar mensen waaronder ik hebben enkele stukken in volle sprint af moeten leggen op zoek naar een volgend schaduwplekje om geen totaal verbrandde voeten op te lopen. Hilarisch, pijnlijk en achteraf ook wel weer komisch tegelijk. Zonder overdrijven denk ik dat het zand zo'n 60 graden heet was geworden.
Na wat broodjes gegeten te hebben stond er voor ons een wandeltocht van 30 minuten door het regenwoud op het programma. We besloten echter zelf om de hele dag bij Lake McKenzie te blijven en de voettocht te schrappen. Iedereen vond het een prachtig strandje en niemand had zin in een wandeltocht met een temperatuur van zo'n 35 graden.
Na een verbrandde rug opgelopen te hebben vertrokken we rond een uur of 4 ongeveer richting dezelfde plek als de dag ervoor voor de volgende overnachting. Onze Duitser Ben zorgde samen met Oliver wederom voor een perfecte rit door de wildernis zonder één keer vast te komen zitten in het zand. Het stuk van 11 kilometer door het binnenland naar Lake McKenzie nam zowel heen als zo'n uur in beslag om maar even aan te geven hoe lastig het rijden is. Groep 2 arriveerde niet veel later dan wij wederom op dezelfde plaats. Onderweg terug naar de kampeerplaats spotten we net als op de heenweg naar Lake McKenzie een dingo langs het strand. De teller stond dus op twee, tegen nul voor groep 2 bleek later.
Eenmaal aangekomen op de plek waar we wilden overnachten zorgden de dames voor het eten en het opzetten van de tenten terwijl wij een partijtje voetbal speelden op het strand. Het eten was heerlijk! Noodles met groente en stukjes kipfilet. Iedereen had flink honger en uiteindelijk ging alles op. De twee groepen vormden zich weer samen en de avond zag er ongeveer hetzelfde uit als de eerste avond. Veel praten onder het genot van een biertje. Arno en ik kwamen op het strand, terwijl we naar de indrukwekkende sterrenhemel stonden te kijken, nog in contact met een Australiër uit Brisbane. We vroegen hem nog wat tips voor plaatsen die we zouden moeten bezoeken maar kwamen er al snel achter dat hij ook nog niet veel van het land gezien had. Wij moesten hem onder anderen duidelijk maken dat Canberra toch echt ten zuidwesten lag van Sydney in plaats van ten noorden. Niet echt een kenner van z'n eigen land dus…
Na nog een stuk of 4 dingo's gespot te hebben in de omgeving van onze plek zocht ik rond 11 uur de tent weer op. Arno kwam later maar ik heb hem niet eens gehoord zo erg was ik aan mijn bedje toe. Wat de dingo's betreft, ze bleven op gepaste afstand de avond voordat we gingen slapen maar de volgende ochtend hoorde ik dat dat die nacht anders is geweest. Ze zijn 's nachts rondom onze tentjes op zoek gegaan naar eten. Wij hadden zoals geadviseerd alles netjes IN (niet op) de auto gezet en de auto goed afgesloten. Pech voor de dingo's dus. Zelf heb ik ze niet gehoord maar enkele mensen uit onze groep hebben duidelijk gezien dat er een vijftal dingo's bezig waren rondom onze tent.
Dag 3 besloten we iets later op te gaan dan dag 2. Rond 8 uur was iedereen klaar voor vertrek. We mochten wederom tot 9 uur over het strand rijden. Deze keer stond er een bezoek aan Lake Wabby op het programma. Laura, het Engelse meisje wilde even proberen te rijden maar na 10 minuten gestuntel en nog net geen bomen geraakt te hebben of kapotte versnellingsbak opgelopen te hebben besloten we dat het een beter idee was dat Oliver het stuur weer over zou nemen. Na een plekje opgezocht te hebben waar we wat nieuw ijs voor de koelboxen konden kopen, ons afval kwijt konden en onze bordjes konden afwassen zijn we definitief vertrokken richting Lake Wabby. Onderweg hebben we onder anderen een enorme leguaan gespot bij de stopplaats voor het winkeltje.
Na onze auto geparkeerd te hebben stond er een wandeling van zo'n 2 kilometer op het programma voordat we bij Lake Wabby aan zouden komen. Een enorme klim bleek ook nog eens. Arno en ik besloten om niet te gaan zeuren over hoe ver het was of hoe lastig het lopen was op onze slippers in het mulle met takjes gevulde zand maar het voortouw te nemen en als eerste Lake Wabby te betreden.
Aan het einde van het looppad kwamen we uit op een kale zandvlakte. In de verte was aan de rechterkant de zee te zien. Hier stond onze auto ongeveer geparkeerd. Links een enorme zandheuvel waar Lake Wabby zich achter bleek te bevinden. Na een hele steile daling langs zacht zand belandde je vrijwel direct in het meer. Wederom een prachtig gebied. Misschien vond ik dit nog wel indrukwekkender dan Lake McKenzie, al waren de twee gebieden moeilijk met elkaar te vergelijken.
Op de dagplanning stond dat we uiterlijk om half 4 de boot terug naar het vaste land moesten nemen. We hadden dus mooi een paar uur de tijd om aan het water te liggen. Deze dag besloot ik m'n shirt aan te houden aangezien er tegen de felle zon amper de mogelijkheid was je dusdanig in te smeren dat je verbranding kon voorkomen. M'n rug voelde al niet echt comfortabel aan doordat ik de dag ervoor bij Lake McKenzie een uurtje in slaap was gevallen met m'n rug vol in de zon. Aangezien ik m'n grote tas er ook op mag vervoeren leek het me dus slimmer om niet geheel het water in te gaan en m'n shirt aan te houden.
Na rond 12:00 uur de voettocht terug ingezet te hebben richting de auto dachten we nog net genoeg tijd te hebben om ergens onze overgebleven braadworsten als lunch te nuttigen. Echter kwamen we deze keer wel vast te zitten met de auto. Ben baalde ervan dat het hem was overkomen en niet Oliver. Na flink graven en houten planken onder de voorwielen gelegd te hebben heeft Oliver uiteindelijk de auto uit het zand weten te bevrijden. Aangezien we erg lang bezig waren om de auto weer rijdende te krijgen hadden we geen tijd meer voor de lunch en de afwas. Ben reed ons direct naar de boot die ons weer naar het vaste land vervoerde. Op het vaste land aangekomen kwamen we een tweede keer vast te zitten in het zand. Deze keer minder diep gelukkig. Na een beetje graven en duwen waren we binnen no time van het strand af en konden we richting het hostel om onze tassen te droppen en vervolgens richting het verhuurbedrijf. Daar wasten we onze vieze borden, bestek en pannen af en werd gecontroleerd of we alle op de checklist aanwezige spullen weer netjes mee terug genomen hadden. We bleken een kopje en wat vorken te missen. Hier werd geen probleem van gemaakt en later bleek zoals we al verwacht hadden groep 2 deze spullen van ons te hebben.
Na de laatste zaken afgehandeld te hebben werden we door iemand van het verhuurbedrijf terug naar het hostel gebracht voor een laatste nacht op Rainbow Beach. Deze keer zat ik niet bij Arno op de kamer. Wel zat ik bij enkele andere mensen van onze groep. We besloten met de hele groep te gaan eten bij een restaurantje waar voornamelijk pizza's en burgers werden verkocht. We mochten ons eigen overgebleven drinken hier opdrinken. Ik bestelde een hamburger met patat.
Na het eten en natafelen terug richting het hostel waar ik mijn telefoon in de oplader stopte en na 3 dagen geen bereik te hebben gehad een stuk of 12 nieuwe sms'jes binnen kreeg. De meeste sms'jes gingen over Ajax dat netjes met 5-1 Heerenveen aan de kant had gezet. Na nog even op internet gezeten te hebben om mijn mail te checken ben ik rond 21:00 uur in slaap gevallen.
Vandaag om half 9 wakker geworden en afscheid van de groep genomen die met Greyhound zuidwaarts reist. Onze bus stond gepland om 12:30 uur. Arno en ik reizen samen richting Hervey Bay, een busreis van zo'n anderhalf uur. Even 2 dagen lekker niksen en bijkomen van de geweldige Fraser
Island tour. Deze tour was toch wel de eerste echte Australische belevenis. De volgende volgt op 4 december, dan staat de zeiltocht rondom de White Sunday eilanden gepland. Tot die tijd doe ik het relatief rustig aan. Terplekke kijk ik in Hervey Bay, Rockhampton en Airlie Beach wat er allemaal te beleven is.
Helaas heb ik in het hostel in Rainbow Beach zo'n slechte internetverbinding gehad dat het onmogelijk was om de foto's van Australian Zoo en Fraser Island online te zetten. Deze houden jullie van me tegoed! Ik hoop ze er in Hervey Bay op te kunnen zetten!
Ik hou jullie op de hoogte!
Tot snel!
Daan
- comments