Profile
Blog
Photos
Videos
Terwijl ik op ons open plekje in het bos al tandenpoetsend, peinzend een auto voorbij zie komen, hoor ik achter me een vogel wegvliegen uit een naaldboom. In het donker ziet alles er toch wat anders uit, maar dit keer valt het toch wel mee waar we terecht zijn gekomen. Ik begin er een beetje gerafeld uit te zien. Net iets te lang haar, gekreukte broek en een T-shirt die slijtage begint te vertonen.
Er wordt hier geskied zien we, skiliften en hotels komen we tegen voor we over de kam gaan en voor de zoveelste keer de Continental Divide passeren. De waterscheiding waarbij al het water aan de ene kant van de berg naar de Stille Oceaan gaat, en aan de andere kant naar de Atlantische Oceaan.
De weg duikt van de bergen af door het bosgebied naar beneden. Door al de slingers die we maken en de steile helling is het lastig om je heen kijken. Wat mij vooral opvalt zijn de grindbakken voor onfortuinlijke truckchauffeurs waarvan de remmen het niet houden. Ik vraag me wel af hoe ze in volle vaart die, hoewel flauwe, bocht moeten nemen zonder om te vallen.
Het dal waar we in rijden kan zo op een kalender, sappig grasland met hier en daar een boom, omzoomd door een mooi houten hek. Waar zwarte koeien hun staarten slaan in het vroege ochtendzonnetje, wanneer het licht nog mooi is.
Al vaker zijn me de borden opgevallen die verbieden om vuurwerk af te steken. Hier staan ze ook langs de kant van de weg. Het zal hier niet voor lawinegevaar zijn, de hellingen zijn op dit punt niet steil.
Een café is zo 's-morgens een prettige plek om even goed wakker te worden. Ik raak in gesprek met een echtpaar over roomboter. Een beetje onverwacht, dat wel. Waar we verdaan komen, geijkte vraag als ze ons accent horen. Of wij margarine eten in ons land, tja het merendeel wel, het is tenslotte goedkoper en volgens de boekjes gezonder. Niet doen zegt de mijnheer, het verschilt maar één molecuul met plastic en het gaat in je gewrichten zitten. Je wordt er stijf van.
Het is typerend voor de bevolking in Amerika en Canada. Je raakt makkelijk in gesprek en het merendeel is erg behulpzaam en aardig. Iedereen laat je voor en is erg beleefd, dat was in China bijvoorbeeld wel totaal anders. Al vond ik die mensen daar over het algemeen gesproken ook erg aardig, maar voordringen konden ze, en rochelen en in het rond spugen ook!
Het weer is heerlijk, ondanks de voorspelling van de app, als we het dal door rijden. Ik blijf het heerlijk vinden dat alles hier zo schoon is. Schone lucht en schone wegen, geen afval langs de kant van de weg. Overal staan borden welke groepering hier de berm schoon houdt, geweldig.
We rijden door een indianen reservaat, als we een zwarte berg zien in de vorm van een piramide, met bovenop een soort vinger die omhoog steekt. We besluiten op onderzoek te gaan naar deze, volgens een bordje, Chimney Rock. Terwijl we er langsrijden en de andere kant zien, lijkt het meer een berg met een muur erop, die gedeeltelijk is omgevallen. Interessant gebied, daar willen we wel wat meer van weten. Een bord dat we gevolgd hebben brengt ons naar een bezoekerscentrum, waar we horen dat dit ook een archeologische site is.
De eerstevolgende rondleiding is om één uur, wat ons ruim de gelegenheid geeft om te brunchen.
Met een busje worden we de steile helling op gereden. De grond tussen de pinussen en eikjes aan weerszijden van de weg ziet eruit of het geplaveid is. Er liggen platte stenen, zij aan zij.
De gids die ons leidt is archeoloog, wat wel een meerwaarde geeft. Hij waarschuwt ons voor de jumping cactus en voor uitdroging,
Tijdens het eerste stuk van de rondleiding wordt verteld over de Pueblo indianen die hier woonden eeuwen voor de Spanjaarden de boel veroverden. We stoppen onderaan de smalle richel die omhoog loopt richting Chimney Rock. Hier liggen ruïnes van zo'n 800 jaar oud. Het meest opvallende is een cirkelvormige muur van een meter hoog en een diameter van tien meter. Dit is het fundament van een Great Kiva, een gebouw voor ceremoniële doeleinden. Deze is nooit in gebruik geweest, want er zijn geen vuursporen gevonden in de centraal gelegen vuurplaats. Het is zelfs de vraag of deze ooit is afgebouwd, want er zijn ook geen paalgaten gevonden van de vier palen die bij andere Great Kivas het platte dak dragen. De bewoners en gebruikers zijn rond 1300 in grote haast vertrokken, voedselvoorraden achterlatend. Archeologen speuren al jaren naar de reden voor het instorten van de beschaving van de Pueblo indianen hier en op veel andere plaatsen. Samen met de hoger op de richel gevonden gebouwen is deze plek waarschijnlijk nooit grootschalig bewoond geweest, hooguit hebben enkele bewakers of ceremoniemeesters hier permanent gewoond. Er zijn rechthoekige woninkjes en voorraadkamers opgegraven en maalstenen voor mais of graan gevonden. De voorraden mais en water en het draagvlak van de omgeving maken méér bewoners niet waarschijnlijk. Tijdens speciale gelegenheden zijn er waarschijnlijk wel veel mensen aanwezig geweest. In de rotsen zijn op een paar plaatsen ronde gaten gehakt waarin mogelijk palen werden geplaatst. Deze gaten liggen precies op lijn met de opening tussen de Chimney Rock en de naastgelegen rots. Precies op 21 juni schijnt de zon door deze opening op de gaten. Het complex heeft waarschijnlijk een astronomische en ceremoniële functie gehad, ten dienste van de beschaving die in Chaco Canyon zijn centrum had. Na onze rondleiding besluiten we om ook de ruïnes in deze plaats te gaan bezoeken, 135 km verderop.
We lopen via de smalle richel omhoog naar een tweede plek met ruïnes. Waarschijnlijk waren dit de belangrijkste gebouwen, onder andere drie kivas en een aantal rechthoekige gebouwen. Alle gebouwen waren uitsluitend via het rookgat in het dak met een ladder te betreden. Dit gebouwencomplex is in drie fasen gebouwd, met volgens onze gids tussen iedere fase 18,6 jaar, precies de periode waarin de posities van de maan zich herhalen.
Op de terugweg constateren we dat de jumping cactus inderdaad weer heeft toegeslagen. Een cactusbolletje van 3 cm heeft zich vastgeklampt aan de schoen van de gids. Gelukkig alleen nog aan de zool, want de vorige keer zat het op zijn kuit. En omdat hij een korte broek aan had, was dat een nogal pijnlijke aangelegenheid. Het heeft wel gewerkt, want het stekje wordt een eind verderop weggegooid.
Na ons bezoek aan dit archeologische gebied rijden we naar het dichtbij gelegen stadje Durango. Hier versturen we in een Italiaans restaurant blogs en foto's, onder het genot van bier en pizza. Onze twee weken achterstand met het schrijven en verzenden van blogs beginnen we zo langzamerhand in te lopen.
We willen morgen naar andere Pueblo ruïnes in Aztec, ten zuiden van Durango. Direct ten zuiden van de stad ligt een indianenreservaat, en we weten niet of we daar vrij mogen kamperen. In het National Forest ten noorden van de stad mag dat wel. De wegen naar het noorden lopen door het brede dal van de Animas River, met aan weerszijden dure huizen. Hiertussen is geen kampeerplekje te vinden en erachter rijst een honderden meters hoge wand steil op. Pas na 16 km vinden we een weg die omhoog gaat, naar het National Forest. Driehonderd meter hoger, en vele haarspeldbochten verder, vinden we een horizontaal plekje iets van de weg af, om de nacht door te brengen.
Theo en Hetty
- comments