Profile
Blog
Photos
Videos
BEKAF VAN ZEN-ZIJN
Op twee uur rijden van Seoel ligt het internationale Zen-boeddhistisch centrum Mu Sang Sa. In dit centrum, dat verscholen ligt tussen de hoge bomen van de berg Kye Ryong Sahn, zouden wij 24 uur meedraaien met het ritme van de bewoners.
Veel mensen in Zuid-Korea zijn niet gelovig ofhangen een combinatie van de vier populairste heersende levensovertuigingen aan, te weten: christendom, boeddhisme, sjamanisme (natuurreligie en aanbidding van voorouders) en het confucianisme (gericht op normen en waarden). Wij wilden Zuid-Korea op verschillende manieren ervaren. Een temple stay van één dag leek ons een mooie mogelijkheid.
Gescheiden door de nacht
Na de formaliteiten van registratie begeleidde één van Mu Sang Sa's administratieve medewerksters ons naar onze slaapzalen in het naastgelegen gebouw. Wij sliepen niet in één bed of één kamer; wij verbleven ieder in aparte ruimtes op een andere verdieping. Mannen en vrouwen sliepen in dit centrum gescheiden dus dat bekende: wij ook. Hier geen 'monkey' business in de nachtelijke uren. Onze kamers waren leeg, op onze bedden na: een dikke, opgevouwen mat en dekens, netjes opgestapeld in een hoek.
Ons pakkie an
De Zen-boeddhisten hier droegen grijze pakken. Ondanks het baggy uiterlijk door de ruime snit en het soepele materiaal, was de stof van zeer goede kwaliteit. En nu wij een van hen waren, hoorden wij ons ook zo te kleden. Staand tussen rekken vol broeken en jassen raadde de medewerkster ons de donkergrijze, winteruitvoering aan. "In de vroege ochtend kan het fris zijn in de tempel. De dikkere stof zal je beschermen tegen de kou," lichtte ze toe. Wij namen dit direct van haar aan (later leerden we dat zij waarschijnlijk wat kouwelijk was aangelegd en wensten wij meermaals dat we voor de zomervariant waren gegaan). Tijdens het passen vroeg ze naar onze achtergrond. Waren wij ook boeddhistisch misschien? Dat niet maar de principes van het boeddhisme spreken ons wel aan. "Jullie Westerlingen zeggen allemaal hetzelfde," reageerden ze duidelijk teleurgesteld. "Wel de interesse, niet de leefwijze."
Gelijke monniken, andere kappen
De keuken en kantine bevonden zich in hetzelfde pand als de slaapvertrekken. Al om 16.30 uur schoven we hier aan voor ons avondeten: vleesloze (maar zeker geen smaakloze) curry. Net als met het slapen, zaten de mannen en vrouwen hier gescheiden. Volgens mijn buurvrouw, een vrijwilliger die regelmatig een handje meehelpt in de keuken, is dit nog afkomstig van het confucianisme dat grote waarde hecht aan normen, waarden en tradities en nog met de Koreaanse levensstijl verbonden is. In een omgeving waarbij iedereen zich hetzelfde gedroeg, er met kaalgeschoren hoofden en grijze pakken hetzelfde uitzag en hetzelfde doel voor ogen had, vonden wij dit behoorlijk scheef.
De regels
Naast het gebouw dat als slaapvertrek en kantine diende, stonden nog twee andere bouwwerken op hetzelfde grondgebied: de Boeddha-tempel, waar alle (zang- en rijstoffer)diensten plaatsvonden en de Zen-hal, die puur gebruikt werd voor prostraties (speciale buigingen, waarover zo meer) en meditatie. Onze gids, een Aziatische monnik van in de vijftig, vertelde ons wat we in welke ruimte wanneer en hoe moesten doen. Het was ons meteen duidelijk dat het hier een stuk strenger aan toe ging dan in het Australische boeddhistisch centrum Chenrezig waar we in het begin van onze reis twee weken verbleven. "Zo moet je zitten, zo veel keer moet je buigen, daar mag je wel lopen en daar niet…" Het voor ons meest interessante gedeelte, het 'waarom', kwam echter niet aan de orde.
Medizeren
Na 45 minuten zingen, kwam de laatste activiteit van de dag: een meditatie van veertig minuten in de Zen-hal. Met zere, stramme spieren en gevoelloze benen kropen wij rond half tien op onze eigen matjes. Snel een paar uurtjes slapen voordat de wekker de volgende ochtend om 3.00 uur zou gaan.
Bootcamp
Het herhalende geluid van twee tegen elkaar slaande houten, holle buizen wekte ons om 3.00. Een half uur later stonden we met zo'n vijftien andere vroege vogels in de Zen-hal in de startblokken voor de 108 prostraties. Dit zijn buigingen waarbij je door je knieën zakt, met je voorhoofd en handen je matje aanraakt en je (het liefst zonder handen) overeind komt. Wij waren in de veronderstelling dat iedereen dit in zijn eigen tempo zou doen. Rustig en mindful. Groot en onaangenaam was de verrassing toen bleek dat ze allemaal tegelijkertijd werden uitgevoerd en het ergste: in een moordend tempo. Al snel waren we beiden de tel kwijt en werd het een kwestie van simpelweg doorbijten.
Papbenen
Deze heftige ochtendgymnastiek in onze dikke winterpakken deed het zweet van ons voorhoofd gutsen en buiten adem stortten we bij de laatste buiging bijna ter aarde (wat het woord 'prostratie' overigens veel beter benaderde aangezien het letterlijk 'hoge graad van uitputting, krachteloos neerleggen' betekent). Onze benen voelde als van pap en het duurde een eeuwigheid om de trap af te dalen. We zouden hier nog dagen spierpijn van overhouden. Een van origine Franse non vertrouwde ons buiten toe dat het snel went wanneer je het dagelijks doet. Haar droge voorhoofd wees uit dat deze 108 bewegingen een peulenschil waren. "Tijdens onze opleiding doen we er wel duizend tot drieduizend," voegde ze er luchtig aan toe.
Het klappen van de knuppel
In de Zen-hal mediteert men twee keer per dag: een korte zit van veertig minuten in de avond en een lange zit van 1,5 uur in de ochtend. Om te voorkomen dat je in slaap valt tijdens deze laatstgenoemde zit, of begint te lijden aan verkramping van de spieren, kun je je tijdens de sessie laten slaan met een platte honkbalknuppel. Erg aanlokkelijk klinkt dit niet maar is minder heftig dan dat je je misschien voorstelt. De dienstdoendemonnik slaat met deze iets wijd uiteenlopende lat op je rug, ergens tussen je wervel en schouderblad in (één klap op elke kant). Met ons verzuurde lichaam kozen wij na de buigingsessie voor Zen-tijd tussen de lakens. De dag was pas net begonnen en nu waren we al bekaf.
Happy
We voelden ons een stuk beter toen we om 6.00 uur aan de ontbijttafel schoven, fris, fruitig en (wat meer) uitgerust. De rest van de ochtend verliep erg rustig en na een uitgebreide lunch om 11.00 uur zeiden we Mu Sang Sa vaarwel. Regelmatig denken we terug aan de nonnen en monniken die daar nu nog steeds dag in, dag uit hun buigingen maken en er volkomen gelukkig mee zijn. Wij zijn blij met de ervaring en nog gelukkiger dat dit eenmalig was.
- comments