Profile
Blog
Photos
Videos
De jongste mijnwerker is 10 jaar. Na zeven á tien jaar keihard werken in de zilvermijnen van Potosí krijgen de meesten de eerste ziekteverschijnselen. Het enige verschijnsel dat ik overhield na mijn bezoek aan de mijn is slechts wat spierpijn.
Potosí is een zilverstad. Eeuwen geleden was dit de rijkste stad van het land, maar tegenwoordig is zilver niet zoveel meer waard en moeten de mijnwerkers hard werken voor wat brood op de plank.
Een mijnwerker verdient gemiddeld 6 euro per dag. Zijn werkplek bevat talloze giftige stoffen en het is er bloedheet.. zo'n 40 graden. En het is keihard werken. Om het vol te houden eten ze cocabladeren (inderdaad, hier wordt cocaïne van gemaakt). Hierdoor voelen ze geen pijn en hebben ze geen honger. Een eetpauze kennen ze niet.
Voordat ik de mijn in ging kreeg ik een uitgebreid ontbijt. En o ja... Of ik even wilde tekenen dat de touroperator niet verantwoordelijk is voor m'n eventuele dood. Tuurlijk! Geen probleem... :-S Ik werd in een pak gehesen. Grote kaplaarzen aan. Een helm op. En een grote lamp daarboven op. Ik kocht een mondkapje tegen de giftige stoffen. En op aanraden liet ik m'n camera achter... Want we moesten door kleine gangetjes kruipen. Oké... Alleen de iPhone mee dus. Ook goed.
Daar gingen we dan. Eerst nog even langs de markt om cadeautjes te kopen voor de mijnwerkers: limonade en cocabladeren.
Daarna reden we de berg op. Daar kregen we uitgelegd hoe het zilver uit het steen wordt gehaald. En met een klodder zilver op onze handen (cadeautje van de gids) ging ons groepje van zeven de mijn in.
Binnen enkele seconden sloeg het stof me al op de keel. Maar gelukkig wende dat snel. De vochtige donkere gangen werden kleiner en kleiner, dus veelal gebukt liepen we dieper de mijn in. Soms moesten we kruipen, of ons als een slang door een gat heen wurmen. Of dan riep de gids ineens: "pas op, houd links aan, rechts is een gat!". En dan bleek daar ineens een honderd meter diepe tunnel te liggen. Hoe vaak ik m'n hoofd heb gestoten weet ik niet meer. Ik was blij met m'n helm.
Regelmatig kwamen er mijnwerkers met gevulde karretjes voorbij. Dan moesten we ons even 'in' de muur verstoppen. Soms bleven ze even staan voor een praatje.
Hoe verder de mijn in, hoe heter het werd. De gespierde blote bovenlichamen van de mijnwerkers waren bezweet, en daarboven steeds een superchagrijnige kop. Tsja.. Niet gek! Maar allemaal waren ze trots. Door dit werk te doen zijn ze een echte man! Zo zien ze dat. Sommigen waren amper aanspreekbaar. Die stonden stijf van de cocabladeren.
Als je lang in de mijn werkt ga je dood. Een zieke mijnwerker grijpt naar z'n hoofd en trilt alle kanten op. Er zijn geen medicijnen, maar er is één laatste redmiddel: de overige mijnwerkers doen hun broek naar beneden, gaan op de grond liggen, benen in de lucht, piemel op de neusgaten van de zieke richten... En plassen maar! Ik geloofde er eerst helemaal niks van.. Onze gids deed zich voor als een geweldig Hollywood acteur, en beelde het complete plaatje voor ons uit. Het schijnt dat er antistoffen in de urine zitten die worden opgenomen in het bloed van de zieke.
Tsja... Voor mij nóg een reden om nóóit in een mijn te gaan werken.
Vies, moe en voldaan kwam ik de mijn uit. Ik had het gered! Maar ik hield er ook een dubbel gevoel aan over. Wat hebben wij een mazzel dat we in Nederland zijn geboren! Elk saai kantoorbaantje in Nederland is hemels als je het vergelijkt met het werk van de mijnwerkers in Potosí. Echt waar.
Morgen neem ik de bus naar de studentenstad Sucre.
- comments
Kim Wouw! En begrijp dat je niet in de mijnen gaat werken, maar het pak, laarzen en helm staan je wel erg goed hoor! xxxx
Jacques Onvoorstelbaar hè. Die mijnwerkers worden nooit ouder dan 35 toch? Ja, dan hebben wij het wel beter. Leuke reis maak je!
Mrgt Vrolijk kerstfeest, Marjolein!! Ben benieuwd waar je nu zit. Overleef je deze dagen zonder de Top-2000...? Veel liefs van Kitty & Margot
Tanja Wat een verhalen zeg! Jij maakt een hoop mee! Ik wens je ,ook namens de rest, een hele fijne kerst toe. Liefs, tanja
Kitty Bakker `Hoi Marjolein! Wat een onvoorstelbaar verhaal. Inderdaad goed te realiseren in wat voor land wij geboren zijn...jemig. Pas goed op jezelf hoor! Veel liefs Kitty