Profile
Blog
Photos
Videos
17 februari was het eindelijk zover: de trekking van de Kilimanjaro, de hoogste berg van Afrika. Met zijn 5895 m biedt deze vrijstaande berg met zijn besneeuwde top een prachtig gezicht tussen de omringende laagvlaktes. Een paar mensen in Haydom hadden hem al beklommen en waarschuwden me dat het superzwaar was. Een Nederlands meisje liet me een artikel uit het NTVG zien waarin drie gevallen van hoogteziekte beschreven werden waarvan eentje over een jonge vrouw ging die aan longoedeem was overleden tijdens het beklimmen van de Kilimanjaro. Na dit gehoord en gelezen te hebben had ik een stuk minder zin in de tocht. Maar na wat relativeren had ik besloten dat het allemaal wel mee zou vallen. Als voorbereiding ben ik hard gaan lopen en fitnessen in Haydom (ja, we hebben een fitness zaaltje op het ziekenhuisterrein!). Het weekend voor de Kilimanjaro trekking heb ik Mount Hanang beklommen, met 3417 m de derde hoogste berg van Tanzania. Dit was een mooie tocht met prachtige uitzichten. Meer kon ik niet doen dan hopen dat ik geen symptomen van de gevreesde hoogteziekte zou krijgen.
In Arusha heb ik de dag voor de start mijn groep ontmoet: 3 jongens (Eric, Matthew en Ho) en 3 meiden (Nina, Conny en Idee) uit Hongkong en een Belgische man (Geert). Verder bestond het gezelschap uit 14 dragers, 2 koks, 2 gidsen (Arusha en Roger) en 2 assistent gidsen. De arme dragers hadden onze grote backpacks op hun rug plus grote zakken op hun hoofd met tenten, slaapzakken, matjes, potten, pannen, gasflessen en voedsel voor 6 dagen. Deze mannen zijn super sterk, ik heb grote bewondering voor ze. Wij hoefden alleen maar onze dagrugzak te dragen.
De eerste twee dagen liepen we door het regenwoud en was het nog warm. Maar hoe hoger we kwamen des te minder werd de vegetatie en des te mooier de uitzichten. Ik heb mijn ogen uitgekeken, zo prachtig is de omgeving en zo indrukwekkend zijn de bergen. We trokken richting het oosten, naar de top van de Kilimanjaro. In het westen konden we de top zien van Mount Meru, de tweede hoogste berg van Tanzania. Meerdere malen had ik het gevoel dat ik onderdeel was van The fellowship of the ring, vooral vanwege het landschap waar we doorheen trokken maar ook omdat we een Franse jongen tegenkwamen met dezelfde felblauwe ogen als Frodo, de Hobbit. Na een dag lopen zetten we ons kamp op en kregen we een heerlijk maal voorgeschoteld, wat extra lekker smaakte in de frisse berglucht en in de mooie natuur. Na zonsondergang kroop iedereen zijn tent in, waarin ik door de kou en het te dunne slaapmatje onrustig sliep, maar toch redelijk uitgerust was doordat de nacht zo lang was.
Zo gingen er vier dagen voorbij. De gevreesde hoogteziekte ging gelukkig aan mij voorbij. Zo niet bij een paar groepsgenoten. Matthew begon op 4000 m hoogte tijdens de avondmaaltijd over te geven (ik zat naast hem en sprong maar net op tijd opzij!) en Ho en Eric voelden zich beroerd en lichamelijk uitgeput. Conny had een zuurstof metertje bij haar en ik schrok van mijn 80% saturatie en pols van 95. Mijn lichaam was druk aan het compenseren voor het zuurstofgebrek in de lucht. Ik maakte me zorgen hoelang mijn geluk zou aanhouden en wanneer ik me ook beroerd zou gaan voelen.
De nacht was aangebroken waarin we het laatste stuk naar de top zouden beklimmen om de zonsopgang te zien. Eric en Ho hadden besloten om niet meer mee te gaan. Die dag hadden we al zeven uur geklommen. Na het avondeten hebben we twee uur gerust voordat Arusha ons wakker maakte. Na wat pap gegeten te hebben begonnen we, gekleed in al onze kleren, om middernacht aan de laatste beklimming. Twee gidsen en een assistent gids waren met ons mee voor het geval er mensen waren die zo ziek werden dat ze terug moesten. De eerste paar uur ging het redelijk. Hoewel het ijskoud was had ik genoeg kleren aan en waaide de wind niet zo hard. En gelukkig nog steeds geen hoogteziekte. We liepen in een lange rij achter elkaar. De maan was maar een smalle sikkel en de nacht was donker. Iedereen had een hoofdlamp om en we konden behalve de persoon voor ons niks zien van de omgeving. In stilte klommen we stap voor stap, ons hoofd gebogen tegen de koude wind. Af en toe keek ik op en zag boven en onder ons verschillende lichtjes de berg op bewegen. Het was zo surrealistisch allemaal en een paar keer had ik het gevoel dat ik droomde.
Op een gegeven moment kreeg Geert last van duizelingen en is samen met de assistent gids terug gegaan naar het kamp. Matthew zwaaide op zijn benen en zag er zo beroerd uit dat niemand dacht dat hij het zou halen. Om de paar meter stopte hij en haalde voorover gebogen zwaar adem met zijn handen op zijn knieen. De laatste paar uur ben ik met Roger vooruit gaan lopen omdat ik door het vele stoppen te veel afkoelde. Omdat ik me de dagen ervoor had ingehouden en met de groep mee moest lopen in een langzaam tempo had ik nog genoeg energie over en we gingen een stuk sneller dan de rest. Tot dan toe vroeg ik me af waar iedereen zich zo druk over maakte en dat het allemaal wel mee viel. Ik werd zelfs overmoedig en begon steeds sneller te stijgen. Een voor een haalden we de groepen voor ons in tot er in de verte boven mij nog maar twee lichtjes schenen. Mijn doel was om ze ook in te halen.
Toen begon boven de 5000 m de hel. Nou is hel is eigenlijk niet het juiste woord omdat het daar lekker warm is, vergeleken met de min 20 graden dat het intussen was door de snijdende wind. Mijn voeten en handen waren ijsklompen geworden en deden ontzettend veel pijn. Ik kon mezelf ook niet meer warm lopen omdat ik door de ijle lucht niet meer adem kon krijgen dan genoeg was voor een slakkengangetje. Bij elke ademteug brandde de koude lucht in mijn longen en ik had een loopneus die de zaken alleen maar erger maakte door mijn sjaal nat te maken die daarna bevroor. Nog nooit in mijn leven heb ik het zo koud gehad, en dat in Afrika! Die laatste paar uur heb ik geleden en begreep ik eindelijk al die verhalen. Ik zou een fortuin hebben betaald voor een warm bad, was dat mogelijk geweest, of een warme chocolademelk met slagroom. Ik begreep niet waarom ik zoveel geld had betaald om in de kou te creperen. En het leek zo oneindig lang te duren dat ik me niet kon voorstellen dat we ooit de top zouden bereiken of dat ik me ooit weer warm zou voelen.
Gelukkig komt aan alles een eind en zo ook aan deze barre lange nacht. Roger en ik bereikten de top drie kwartier voor zonsopgang (als tweede!) en daar hebben we fotos gemaakt (hij, want mijn vingers waren afunctioneel) en gewacht op de warme zon. Pas toen die achter een andere lagere top opkwam en me langzaam opwarmde en andere mensen binnen druppelden en iedereen elkaar feliciteerde waande ik me weer onder de levenden. Ik voelde me net een batterij die aan het opladen was onder de warmte van de zon. Euforie was wat iedereen voelde. De gidsen zongen Kilimanjaro liedjes om het bereiken van de top te vieren en dansten met de toeristen in het rond om warm te worden. Vanaf de top konden we de gletsjers rondom zien en tot in de verte kijken.
De afdaling terug naar het kamp ging een stuk sneller en onderweg kwamen we de rest van de groep tegen, met de drie meiden en Matthew, die nog onderweg naar de top waren. Zij hebben het alle vier gehaald. Ik bewonder Matthew die ondanks zijn klachten toch de top heeft weten te halen. Die dag hebben we wat gerust en daarna zijn we nog een paar uur afgedaald naar het volgende kamp waar we eindelijk konden slapen. Onderweg kwamen we een man tegen die op de rug van een drager naar beneden werd gedragen naar het ziekenhuis. De volgende dag zijn we verder afgedaald, hebben we onze spullen in het busje geladen en zijn we terug gereden naar Arusha. Ik vergeet nooit hoe lekker het was om na 6 dagen een heerlijke warme douche te nemen om daarna in een heerlijk zacht bed te slapen. Voor ik weer de landcruiser terug naar Haydom Hospital nam heb ik mezelf laten verwennen in een beauty salon met een pedicure, facial en een massage van mijn arme benen die zo hard hadden gewerkt. Heerlijk...
Ik kijk terug op een prachtige trekking en ik zou het zo nog eens willen doen, ondanks die laatste paar zware uren.
- comments