Profile
Blog
Photos
Videos
Lieve allemaal,
We zijn afgelopen woensdag aangekomen in de Sinai, en doorgereisd naar Wadi Gnai, een soort hippie-oord aan de Rode Zee waar je in hutjes aan het strand kan slapen en vooral heel veel kan snorkelen. Geheel in bedouinen-stijl bestond het hutje ook echt uit kussens op de grond en een matrasje op een betonnen blok in de hut, maar het was wel prachtig - je zag de sterrenhemel dwars door het riet heen, en wie wil er nu niet z'n hutje delen met de lokale hagedissen? Haha. De douche was even prachtig: er stond een bordje bij: 'dear guest, if you take a shower, please remember that you are in the desert!' Maar dat hadden ze blijkbaar zelf lang geleden ook al bedacht, want... het kraanwater was gewoon zout! Uit de douche kwam gefilterd zeewater, wat echt superefficient is als je na het zwemmen gaat douchen ;-) Vooral omdat we daarna zijn gaan bergbeklimmen heeft het tot in Israel geduurd voordat we weer daadwerkelijk een douche zagen, maar dat terzijde.
Maar we kwamen voor het snorkelen, en dat was echt met niets vergelijkbaar. Wat een mooi rif! We hebben de eerste dag alleen maar voor ons eigen strand gezwommen, maar de tweede dag hebben we echt een tocht gemaakt naar het woestere gedeelte aan de andere kant van de baai, en dat was fantastisch! Echt een kilometers doorlopend rif met alle soorten vissen die je kan bedenken, sponzen, levend koraal, anemonen, alles! Vooral de echt fluoriscerende vissen, de lionfish en de zeeduivels waren bijzonder om te zien. Wel heb ik aan het eind van de tocht echt duikfout nummer 1 gemaakt: ik was een stukje vooruit gezwommen, waar het dieper was. En toen stond ik ploteling oog in oog met een enorme roofvis. Die lag een beetje naar mij te staren met zijn mond vol met alle kanten uitstekende tanden. Ik schrok me wild en kon maar een ding bedenken: naar ondiep water toe! Dus ik dook over het rif heen, de branding in. In de rand van de baai, dus de golven waren behoorlijk sterk, en braken recht op het rif! De moraal van het verhaal: koraal is veel gevaarlijker dan vissen, want het is echt heel erg scherp! Egbert kwam me natuurlijk achterna, gezommen, die had de vis niet gezien en vroeg zich af wat er opeens aan de hand was - dus we zijn allebei enigzins gehavend uit de strijd gekomen... maar toen we in een pauze tussen de beukende golven weer het rif overdoken, lag die vis nog gewoon op ons te wachten ook! Eng beest.
Maar goed, we hebben daar twee dagen aan ons tropische standje gelegen, en zijn toen weer uitgerust de strijd met Egypte (lees: openbaar vervoer) aangegaan. In het busstation in Dahab: (wij): twee kaartjes naar Al-Milga graag. (zij): No bus! (wij) Die komt toch om half tien? (zij) Sometimes. No more bus. Today. Tomorrow. No bus! Hmmm. Uiteindelijk bleek dat de service naar de binnenlanden van de Sinai echt niet meer reed, dus we zijn overstag gegaan voor een taxi, en een hilarisch traject ingerold van politiecheckpoints. De combinatie van bedouinen en terroristendreiging maakt dat vele soldaten hun legertijd uitzitten in de Sinai, verveeld boekjes lezend met hun voetjes relaxed op het machinegeweer dat voor hun neus in stelling staat. Enigzins intimiderend. De vijfde keer dat we ons paspoort lieten zien moest ook de achterklep open. Toen bleek dat we uit Nederland kwamen kwam ook de spoorhond erbij. Fijn! Maar we hebben wel bereikt waarvoor we kwamen: het Catharina-klooster en Mount Sinai. Het Catharinaklooster was indrukwekkend, vooral als je bedenkt in wat voor absolute woestenij het ligt, en dat het een van de oudste kloosters ter wereld is die continu in bedrijf is geweest. En natuurlijk is niet ieder klooster gesticht door Justinianus, en niet ieder klooster heeft een decreet van Mohammed zelf, die het twee jaar na Hejira officieel bestaansrecht gaf toen ze de Sinai kwamen binnenvallen. Oh ja, en ze hebben ook een stekje van DE braamstruik! Nu is dat natuurlijk een moeilijk te controleren claim, maar niettemin steekt iedereen er gebedsbriefjes in.
De volgende stap was het beklimmen van Mount Sinai (ongeveer 2200) meter, waarmee we hebben gewacht tot het iets minder warm was. De klim zelf zal later uit de foto's moeten blijken, want het landschap is niet te beschrijven. Het voelde echt als het dak van de wereld, gewoon omdat er geen enkel teken van leven is (los van wat kamelen). Het was natuurlijk ook het dak van de Mediterrane wereld. Alleen maar een rood-paars-bruin vulkaanlandschap en dan helemaal op de top - de plaats waar Mozes volgens de overlevering de Tien Geboden kreeg - staan een kerkje en een moskee, naast elkaar. We hebben tussen de twee in geslapen, boven op de berg. De top hadden we helemaal voor ons alleen, wat zeldzaam schijnt te zijn - pas bij zonsopgang zagen we weer mensen. Maar tot die tijd, alleen maar een prachtige sterrenhemel en de koude woestijnnacht.
Na de klim naar beneden moesten we ons wederom in het openbaar vervoer storten (bus to Taba? Twelve!) Een uur later: No, bus gone. Bus at three o clock. Twelve? Yes, three! Onbegrijpelijk, maar uiteindelijk kwamen we aan de Israelische grens... en daar ga ik de volgende keer verder!
- comments