Profile
Blog
Photos
Videos
Het heeft even geduurd, maar hier is het verslag van onze tocht door de jungle! Waarschijnlijk hebben jullie van de foto's al een idee gekregen van de laatste paar dagen. De foto's halen het echter niet bij de werkelijkheid, wat een ervaring!
Dag 1:
Samen met een Australisch gezin, een stelletje uit Nieuw - Zeeland en een Schotse jongedame zijn we opgehaald bij het hotel. Gids voor deze dagen is Luke, die gelukkig behoorlijk Engels spreekt. De jungle ligt uiteraard niet direct aan de stad, dus we trokken met een aftandse Jeep 2 uur landinwaarts. Halverwege hebben we een tussenstop gemaakt voor een verfrissende duik bij een enorme waterval. Niet dat het verfrissen nodig was, want het was al best fris in de Jeep. We hadden namelijk wel beschutting voor de zon, maar we zaten behoorlijk op de tocht. Na een lunch en een stukje rijden, stopten we op een berg om de afdaling naar onze eerste overnachtingsplek te voet voort te zetten. Tijdens de tocht van een uur heeft Luke ons allerlei dingen uit de jungle laten proeven en allerlei leuke weetjes verteld. Zo bereidde hij ons ook voor over het eerste dorp waar we zouden overnachten, en over de inheemse stam die daar woonde. Toch was het wel een vrij ongemakkelijk gevoel toen we arriveerden. Het dorp bestaat uit niet veel meer dan een paar hutjes bij een rivier, met overal kippen, varkens, honden en andere dieren. Je hebt als westerling echt het gevoel dat je als buitenstaander daar aapjes komt kijken, hoewel wij voor hen net zo'n attractie bleken te zijn als andersom. Op een gegeven moment went het wel, ook omdat we na aankomst niet zo veel meer met de bewoners te maken hadden. Ze hebben nog wel samen met Luke voor ons gekookt, maar ze aten niet mee en gingen gewoon verder met het hun dagelijks leven. Na het eten was het al snel pikdonker. Hoewel ze primitief leven, zijn de dorpelingen zeker niet achterlijk. Er is immers wel aan de toeristen te verdienen, dus is er wel gewoon bier te koop. Omdat er verder niets te doen is, zat er niets anders op dan een paar biertjes te drinken bij een kampvuur. Hoeveel luxe heb je dan nog nodig? Na een paar uurtjes hebben we de slaapzaal opgezocht en zijn we naar "bed" gegaan. Dat het bed uit niet veel meer dan een flinterdun matrasje met een oude deken bestond mocht de pret niet drukken!
Dag 2:
Na een redelijke nacht, werden we wakker van de lucht van gebakken eieren. Vandaag stond een flinke wandeling op het programma, dus er moest goed gegeten worden. En inderdaad, we waren nog maar nauwelijks op pad of de weg begon omhoog te lopen. Na een uurtje namen we pauze vlakbij wat rijstvelden, net voor het steilste stuk van de wandeling, genaamd "Big Momma Hill". Waarschijnlijk heeft het die (bij?)naam gekregen omdat het inderdaad een flinke heuvel om te beklimmen is. Na ongeveer drie kwartier hadden we het hoogste punt bereikt. Voor ons ervaren wandelaars natuurlijk een peulenschilletje, maar voor de wat ouderen in onze groep best afzien. Gelukkig voor hen was het vanaf daar een stuk minder steil.
Rond het middaguur zagen we tussen de bomen ineens een olifant, we waren bij het olifantenpark aangekomen. De beheerder vertelde dat de olifanten uit Birma (Myanmar) kwamen, dat ze daar waren vrijgekocht van het zware werk dat ze daar moesten verrichten. We hoefden ons dan ook geen zorgen te maken over de geplande rit bovenop de olifant, dat vonden ze kennelijk zelfs leuk en zeker te prefereren boven het de hele dag slepen van hout. Sommigen olifanten waren kennelijk vroeger zo slecht behandeld, dat hun voorpoten geamputeerd moesten worden. Hier hadden ze als eerste ter wereld voor die olifanten prothesen gemaakt, zodat de olifanten nog redelijk normaal konden leven. De olifanten met prothesen hebben we overigens niet gezien, wel enkele olifanten met 5 benen...
Eenmaal op de olifant kwamen we erachter hoe al die hopen stront op die smalle en steile bergpaadjes terecht is gekomen. Je verwacht het niet, maar die enorme olifanten hadden geen enkele moeite met de rotsachtige paadjes van nog geen 30 centimeter breed. Erg aangenaam waren de steile stukken niet. Er was geen gordel of stang om je aan vast te houden zoals in een achtbaan, hoewel het gevoel af en toe vergelijkbaar was. De meeste stukken waren echter redelijk vlak. Op die stukken mochten we zelfs op de nek van de olifant zitten. Met je benen achter de oren en je handen op de harige harde huid van de kop voor extra houvast. Erg raar maar een geweldige ervaring!
Na de olifantentocht kwamen we weldra aan in het dorp waar we zouden overnachten. Dit was een groter dorp dan het andere en ook wat meer ontwikkeld. Er was bijvoorbeeld wel een schooltje en een voetbalveld met echte doelen. We hebben nog even gezwommen in de rivier, maar niet zo lang. Gekke witte mensen in zwemkleding trekken kennelijk veel bekijks, zodat we ons een beetje bekeken voelden. Daarna hebben we met de Thaise jeugd nog een beetje gevoetbald, waarbij we een hoop stof hebben doen opwaaien (letterlijk, er was geen gras).
Wederom uitstekend gegeten en met de hele groep gezellig bierspelletjes gedaan, met of zonder bier.
Dag 3:
Toen we gisteren in het dorp arriveerden, zagen we enkele dorpelingen van bamboe op het eerste gezicht nogal gammele vlotten van bamboe vlechten. Vandaag bleken die vlotten ons vervoer vanuit het dorp.
Op het vlot moesten we wijdsbeens staan, met je voeten in het water. Voorop was een soort standaard gemaakt, om de tassen aan te hangen. Omdat er niet gegarandeerd kon worden dat alles droog bleef, hebben we alle kostbare dingen in een plastic zak in de rugtas gedaan. Helaas ook het fotottoestel, dus geen foto's van de tocht. Jullie zullen dus maar moeten aannemen dat het echt schitterend was! De tassen bleven overigens kurkdroog, omdat het vlot niet helemaal omsloeg. Dat kan niet van ons gezegd worden, bij de stroomversnellingen stonden we soms tot ons middel in het water en Joost is zelfs twee keer van het vlot gegleden. Even ter verdediging, helemaal aan de achterkant van het vlot blijven staan is best lastig als het vlot water maakt, zeker als je moet helpen sturen met een bamboestok van drie meter. Aan het einde van de tocht hebben we voor de vorm nog even een foto van de bamboe-raften gemaakt, voor de laatste gezamelijke lunch. Op de terugweg naar het hotel in Chiang Mai zijn we nog even naar de orchideeën farm geweest, maar dat hadden we na 5 minuten wel gezien. 's Avonds alvast telefoonnummers uitgewisseld met het stel uit Nieuw - Zeeland (altijd handig) en samen nog even de tandjes in de bar gezet. Terug in de geciviliceerde wereld!
- comments